Hij maakte een gesel, dreef ze allemaal uit de tempel, ook de schapen en de runderen; het kleingeld van de wisselaars veegde Hij van de tafels en wierp die omver.
Toen Hij dan ook verrezen was uit de doden, herinnerden zijn leerlingen zich dat Hij dit gezegd had, en geloofden in de Schrift en in het woord dat Jezus gesproken had.