
Mauro Kard. Piacenza - 30 april 2013
Prot. nr. 20131348
Vaticaanstad, 30 april 2013
Eminentie, excellentie,
De Congregatie voor de Clerus is zich bewust van de aanmerkelijke zorg en de pastorale bekommernis waarmee de bisschoppen de veranderingen van parochies Vgl. Wetboek, Codex van het Canonieke recht, Codex Iuris Canonici (25 jan 1983), 515. § 2, het terugbrengen tot profaan gebruik en ook het eenvoudig sluiten van kerken Vgl. Wetboek, Codex van het Canonieke recht, Codex Iuris Canonici (25 jan 1983), 1222. § 2 zijn tegemoet getreden. Ondanks hun inspanningen zijn er echter in de laatste jaren diverse moeilijkheden betreffende deze kwesties gerezen, zowel voor de bisschoppen als voor de gelovigen. In een poging behulpzame leiding te bieden en daarbij veel van de moeilijkheden die we tot nu toe zijn tegengekomen, te voorkomen, presenteert dit Dicasterie de Congregatie voor de Eredienst en de Sacramenten
Procedurele richtlijnen voor wijziging van parochies, de sluiting van kerken of het terugbrengen ervan tot profaan maar niet onwaardig gebruik en de vervreemding van kerken
(30 april 2013) van de canonieke procedures en jurisprudentie betreffende de boven genoemde processen.
Voor we overgaan tot de meer specifieke informatie zullen enkele voorafgaande bemerkingen waarschijnlijk dienstig zijn. Allereerst is het noodzakelijk duidelijk onderscheid te maken tussen drie gescheiden en onderscheiden canonieke processen:
Ieder proces heeft zijn eigen procedures en die moeten ieder op zich zorgvuldig en correct worden afgewerkt. Opgemerkt moet worden dat er helemaal geen proces nodig is voor de tijdelijke sluiting van een kerk, bijvoorbeeld voor restauratie. Hetzelfde geldt voor beperking van het gebruik van de kerk zoals bij het laten vervallen van de viering van de zondagsmis, mits de kerk open blijft voor de toegang van de gelovigen. Vgl. Wetboek, Codex van het Canonieke recht, Codex Iuris Canonici (25 jan 1983), 1214
Ten tweede: bij de behandeling van de verandering van parochies en het terugbrengen tot profaan gebruik of sluiting van kerken, is er behoefte aan grotere duidelijkheid in onderscheid tussen de juridische persoon van een bisdom en de juridische persoon van een parochie. Nergens is dat duidelijker dan in kwesties betreffende het eigendom van kerken en wie verantwoordelijk is voor hun onderhoud. Eveneens moet worden opgemerkt dat sommige algemeen gebruikte termen in deze processen, bijv. "opheffing", zowel een brede niet-technische betekenis hebben alsook een precieze canonieke betekenis. Om onnodige verwarring te vermijden is het aan te bevelen in canonieke documenten het niet-technische gebruik van dergelijke termen te vermijden.
Om te kunnen bepalen of wel of niet de vereiste rechtvaardige reden aanwezig is in de zaak van een geplande verandering van een parochie Vgl. Wetboek, Codex van het Canonieke recht, Codex Iuris Canonici (25 jan 1983), 515. § 2 of de vereiste ernstige reden in het geval van een kerksluiting of het terugbrengen ervan tot profaan gebruik Vgl. Wetboek, Codex van het Canonieke recht, Codex Iuris Canonici (25 jan 1983), 1222. § 2, moet iedere zaak afzonderlijk worden bekeken. Hoewel de bisschop de noden van de omliggende parochies of zelfs van het bisdom als geheel in zijn overwegingen mag betrekken, moet hij toch altijd zijn decreet motiveren vanuit een reden die specifiek is, i.c., ad rem, ten aanzien van deze specifieke parochie of kerk die bekeken wordt.
Ten slotte, iedere administratieve beslissing moet worden uitgevaardigd in een apart geschreven decreet, geproclameerd en wettig gecommuniceerd als de beslissing is gevallen. Omdat de rechtvaardige reden bij een verandering van parochie en de ernstige reden voor het terugbrengen tot profaan gebruik of de sluiting van een kerk niet hetzelfde zijn, moeten de beslissingen in deze processen in aparte decreten worden uitgevaardigd.
In een geest van broederlijke samenwerking, mij bewust van de verantwoordelijkheden die op iedere diocesane bisschop rusten, en in het voortdurende verlangen naar het welzijn van de Kerk, neem ik de gelegenheid waar mijn gevoelens van hoogachting en collegiale genegenheid opnieuw uit te spreken en verblijf ik,
de uwe in Christus,
Mauro kardinaal Piacenza,
prefect
+ Celso Morga [ruzubieta,
titulair aartsbisschop van Alba Marittima,
secretaris