Paus Franciscus - 24 mei 2015
De politiek moet zich niet aan de economie onderwerpen en deze moet zich niet onderwerpen aan de voorschriften en het op efficiëntie gerichte paradigma van de technocratie. Wanneer wij denken aan het algemeen welzijn, hebben wij er vandaag onontkoombaar behoefte aan dat politiek en economie zich in dialoog gedecideerd ten dienste van het leven, vooral van het menselijk leven, stellen. Het redden van de banken ten koste van alles en daarvoor de bevolking de prijs laten betalen zonder de onwrikbare vastberadenheid het hele systeem te herzien en te hervormen, vestigt opnieuw een absolute macht van het geld die geen toekomst heeft en alleen maar na een lange, kostbare en schijnbare zorg nieuwe crises zal kunnen scheppen. De financiële crisis van 2007-2008 was een gelegenheid om een nieuwe economie te ontwikkelen die meer let op de ethische principes, en voor een nieuwe reglementering van de speculatieve financiële activiteit en van de virtuele rijkdom. Maar er is geen reactie geweest die ertoe heeft geleid opnieuw na te denken over de verouderde criteria die de wereld blijven beheersen. De productie is niet altijd rationeel en zij houdt dikwijls verband met economische variabelen die de producten een waarde toekennen die niet altijd beantwoordt aan hun werkelijke waarde. Dit bepaalt vaak een overproductie van sommige goederen met een niet noodzakelijk effect op het milieu, dat tegelijkertijd vele regionale economieën schaadt. Een financiële zeepbel is gewoonlijk ook een productiezeepbel. Wat men niet vastberaden aanpakt, is uiteindelijk het probleem van de reële economie, die het mogelijk maakt dat de productie wordt gediversifieerd en verbeterd, dat de ondernemingen adequaat functioneren, dat kleine en middelgrote ondernemingen zich ontwikkelen en werk creëren enzovoort.