EVANGELII GAUDIUMOver de verkondiging van het Evangelie in de wereld van vandaag - Naar aanleiding van de Bisschoppensynode 2012 over de nieuwe evangelisatie
(Soort document: Paus Franciscus - Postsynodale Apostolische Exhortatie)
Paus Franciscus -
24 november 2013
Een dialoog is veel meer dan het communiceren van een waarheid. Hij komt tot stand uit vreugde om te spreken en vanwege het concrete goede dat wordt gecommuniceerd tussen degenen die elkaar beminnen door middel van woorden. Het is een goed dat niet bestaat in dingen, maar in de personen zelf die zich wederzijds aan elkaar geven in de dialoog. De louter moralistische of indoctrinerende prediking en ook die welke verandert in een les exegese beperken deze communicatie tussen harten die in de homilie wordt gegeven en die een bijna sacramenteel karakter moet hebben: “Zo ontstaat dan het geloof door de prediking, en de prediking geschiedt in opdracht van Christus” (
Rom. 10, 17). In de homilie gaat de waarheid gepaard met schoonheid en het goede. Het betreft geen abstracte waarheden of koude syllogismen, omdat men ook de schoonheid van de beelden meedeelt die de Heer gebruikte om de praktijk van het goede te stimuleren. De herinnering van het gelovige volk, evenals die van Maria, moet over blijven vloeien van de wonderdaden van God. Het hart ervan, dat openstaat voor de hoop op een vreugdevol en mogelijk in praktijk brengen van de liefde die het is verkondigd, voelt dat ieder woord in de Schrift vóór alles gave en pas op de tweede plaats een vereiste is.
De uitdaging van een geïncultureerde preek bestaat in het doorgeven van de synthese van de evangelische boodschap en niet van losse ideeën of waarden. Waar jouw synthese is, daar is jouw hart. Het verschil tussen een licht werpen op de synthese en een licht werpen op ideeën zonder samenhang is hetzelfde als het verschil dat er is tussen de verveling en het branden van het hart. De predikant heeft de zeer mooie en moeilijke zending om harten die elkaar liefhebben, te verenigen: dat van de Heer en dat van zijn volk. De dialoog tussen God en zijn volk versterkt verder het verbond tussen hen en verstevigt de liefdesband. Tijdens de homilie zijn de harten van de gelovigen stil en laten Hem spreken. De Heer en zijn volk spreken op duizenden manieren direct met elkaar, zonder tussenpersonen. Zij willen echter bij de homilie dat iemand als instrument functioneert en de gevoelens tot uitdrukking brengt, zodat ieder vervolgens kan kiezen hoe hij het gesprek voortzet. Het woord is in wezen bemiddelaar en vereist niet alleen twee gesprekspartners, maar ook een predikant die het als zodanig vertegenwoordigt, ervan overtuigd “dat wij immers niet onszelf verkondigen, maar Christus Jezus, de Heer; wij onszelf slechts beschouwen als uw dienaars om Jezus’ wil” (
2 Kor. 4, 5).
Spreken met het hart houdt in het niet alleen brandend houden, maar ook verlicht door de totaliteit van de openbaring en de weg die het Woord van God in de loop van de geschiedenis heeft afgelegd in het hart van de Kerk en van ons gelovig volk. De christelijke identiteit, die de omarming van het doopsel is die de Vader ons als kind heeft gegeven, doet ons, als verloren - en in Maria bijzonder beminde - zonen en dochters verlangen naar de andere omarming, die van de barmhartige Vader, die ons wacht in de heerlijkheid. Ervoor zorgen dat ons volk zich voelt als tussen deze twee omarmingen, is de moeilijke, maar mooie taak van degene die het evangelie preekt.
© 2013, Libreria Editrice Vaticana / SRKK / Stg. InterKerk
Vert. uit het Italiaans: drs. H. Kretzers