Paus Franciscus - 24 november 2013
Ik heb gaarne de uitnodiging van de synodevaders aanvaard om deze exhortatie te schrijven. Vgl. Bisschoppensynodes, Propositiones van de 13e Gewone Bisschoppensynode over de nieuwe evangelisatie (27 okt 2012), 1 Terwijl ik dit doe, oogst ik de rijkdom van de werkzaamheden van de Synode. Ik heb ook verschillende mensen geraadpleegd en ik wil bovendien de zorgen tot uitdrukking brengen die mij op dit concrete ogenblik van het evangeliserende werk van de Kerk bezighouden. De thema’s die met de evangelisatie in de huidige wereld verband houden en die men hier zou kunnen ontwikkelen, zijn talloos. Maar ik heb ervan afgezien gedetailleerd deze talrijke kwesties te behandelen die een onderwerp van studie en aandachtige verdieping moeten zijn. Ik geloof evenmin dat men van het pauselijk Leergezag een definitief of volledig woord kan verwachten over alle kwesties die de Kerk en de wereld betreffen. Het past niet dat de Paus de lokale episcopaten vervangt in het onderscheiden van alle problemen die zich in hun gebied voordoen. In deze zin voel ik de noodzaak vooruit te gaan in een heilzame “decentralisatie”.
Ik heb hier ervoor gekozen enkele lijnen voor te stellen die in heel de Kerk een nieuwe evangeliserende fase, vol vuur en dynamiek, kunnen bemoedigen en richting geven. In dit kader en op grond van de leer van de dogmatische constitutie 2e Vaticaans Concilie - Constitutie
Lumen Gentium
Over de Kerk
(21 november 1964) heb ik besloten om behalve bij de andere thema’s uitvoerig stil te blijven staan bij de volgende kwesties:
Ik heb over deze thema’s zo uitgeweid dat het misschien buitensporig zal kunnen lijken. Maar ik heb het niet gedaan met de bedoeling om een verhandeling aan te bieden, maar alleen maar om de belangrijke invloed van deze onderwerpen op de huidige taak van de Kerk te laten zien. Deze helpen immers alle een bepaalde evangeliserende stijl te schetsen en ik nodig ertoe uit om deze stijl aan te nemen bij iedere activiteit die wordt verwezenlijkt. En zo kunnen wij op deze wijze te midden van ons dagelijks werk gevolg geven aan de aansporing van het Woord van God: “Verheugt u in de Heer te allen tijde. Nog eens: verheugt u!” (Fil. 4, 4).