Paus Franciscus - 24 november 2013
Evenals het organisch verband tussen de deugden het verhindert één ervan uit te sluiten van het christelijk ideaal, wordt geen enkele waarheid ontkend. Het is niet noodzakelijk de volledigheid van de boodschap van het Evangelie te verminken. Bovendien begrijpt men iedere waarheid beter, als men haar plaats in relatie met de harmonische totaliteit van de christelijke boodschap en in dit verband hebben alle waarheden hun belang en lichten zij elkaar toe. Wanneer de prediking trouw is aan het Evangelie, openbaart zich duidelijk de centrale plaats van enkele waarheden en blijkt duidelijk dat de christelijke morele prediking niet een Stoïcijnse ethiek is, meer dan een ascese is, niet een pure praktische filosofie, noch een catalogus van zonden en fouten. Het Evangelie nodigt vóór alles ertoe uit een antwoord te geven aan God, die ons liefheeft en die ons redt, door Hem in de ander te herkennen en buiten zichzelf te treden om het welzijn van allen te zoeken. Deze uitnodiging moet in geen enkele omstandigheid worden versluierd! Alle deugden staan ten dienste van dit antwoord van liefde. Als een dergelijke uitnodiging niet krachtig en aantrekkelijk straalt, loopt het bouwwerk van de Kerk gevaar een kaartenhuis te worden en dit is ons ergste gevaar. Want dan zal het nu juist niet het Evangelie zijn wat wordt verkondigd, maar enkele leerstellige of morele accenten die voortvloeien uit bepaalde ideologische keuzes. De boodschap zal het gevaar lopen haar frisheid te verliezen en niet meer “de geur van het Evangelie” te hebben.