
Paus Benedictus XVI - 20 december 2012
The Pope's article for the "Financial Times" (December 20, 2012) originates from a request from the editorial office of the "Financial Times" itself which, taking as a cue the recent publication of the Pope's book on Jesus' infancy, asked for his comments on the occasion of Christmas.
Despite the unusual nature of the request, the Holy Father accepted willingly.
It is perhaps appropriate to recall the Pope's willingness to respond to other unusual requests in the past, such as the interview [sic] given for the BBC, again at Christmas a few months after his visit to the United Kingdom, or the television interview for the programme "A sua imagine" produced by the RAI, the Italian state broadcasting company, to mark the occasion of Good Friday H. Paus Johannes Paulus II - Toespraak
Tot het comité van Europese Journalisten voor de Rechten van Kinderen (13 januari 1979). These too have been opportunities to speak about Jesus Christ and to bring his message to a wide forum at salient moments during the Christian liturgical year.
"Geef aan de keizer wat de keizer toekomt en aan God wat God toekomt," was het antwoord van Jezus toen Hij een vraag kreeg over het betalen van belastingen.
Zijn ondervragers probeerden Hem natuurlijk in de val te lokken. Zij probeerden Hem te dwingen om partij te kiezen in het zeer beladen politieke debat met betrekking tot de Romeinse overheersing van het land van Israël. Toch stond er nog meer op het spel hier: als Jezus werkelijk de lang verwachte Messias was, dan zou Hij zeker gekant zijn tegen de Romeinse overheersers. De vraag had de bedoeling om Hem òf te ontmaskeren als een bedreiging van het regime, òf als nep.
Jezus' antwoord tilt het argument behendig naar een hoger niveau, voorzichtig waarschuwend tegen zowel de politisering van religie als ook tegen de vergoddelijking van de wereldlijke macht, samen met het niet aflatende streven naar rijkdom. Zijn gehoor moest eraan herinnerd worden dat de Messias geen keizer was en de keizer niet God. Het koninkrijk dat Jezus tot stand kwam brengen was van een algeheel hogere orde. Zoals hij tegen Pontius Pilatus zei: "Mijn koningschap is niet van deze wereld."
De Kerstverhalen in het Nieuwe Testament zijn bedoeld om een soortgelijke boodschap over te brengen. Jezus werd geboren tijdens een "volkstelling van de hele wereld" gehouden door keizer Augustus, de keizer bekend van het brengen van de Pax Romana naar alle landen onder Romeinse heerschappij. Maar dit Kind, geboren in een obscure en verre hoek van het Rijk, zou de wereld een veel grotere vrede aanbieden, werkelijk universeel in omvang en overstijgend alle beperkingen van ruimte en tijd.
Jezus wordt ons gepresenteerd als erfgenaam van koning David, maar de bevrijding die Hij zijn volk brengt gaat niet over het weerstaan van vijandelijke legers, maar die gaat over het voorgoed overwinnen van de zonde en de dood.
De geboorte van Christus daagt ons uit om opnieuw onze prioriteiten te beoordelen, onze waarden, en onze manier van leven. Kerstmis is ongetwijfeld een tijd van grote vreugde, maar het is ook een gelegenheid voor diepgaande reflectie en zelfs voor een gewetensonderzoek. Wat kunnen we leren, - aan het eind van een jaar dat economische moeilijk was voor velen, - van de nederigheid, de armoede en de eenvoud van de scene van de kribbe?
Kerstmis kan de tijd zijn waarin we leren om het Evangelie te lezen zijn, om Jezus te leren kennen, niet alleen als het Kind in de kribbe, maar als Degene in Wie de mens geworden God herkennen.
Het is in het Evangelie dat Christenen de inspiratie vinden voor hun dagelijkse leven en hun betrokkenheid bij wereldse zaken - of het nu de Houses of Parliament of de effectenbeurs betreft. Christenen moeten de wereld niet schuwen; ze moeten zich daarin engageren. Maar hun betrokkenheid bij de politiek en economie moet elke vorm van ideologie overstijgen.
Christenen bestrijden armoede uit de erkenning van de hoogste waardigheid van iedere mens, geschapen naar Gods beeld en bestemd voor het eeuwige leven. Christenen werken aan een rechtvaardigere verdeling van de aardse middelen vanuit de overtuiging dat, als rentmeesters van Gods schepping, zij de plicht hebben om te zorgen voor de zwaksten en meest kwetsbaren. Christenen zijn tegen hebzucht en uitbuiting vanuit de overtuiging dat vrijgevigheid en onbaatzuchtige liefde, zoals onderwezen en voorgeleefd door Jezus van Nazareth, de weg is die leidt tot de volheid van leven. Christelijk geloof in de transcendente bestemming van ieder mens geeft urgentie aan de taak van het bevorderen van vrede en gerechtigheid voor allen.
En omdat deze doelstellingen worden gedeeld door zovelen, is veel vruchtbare samenwerking mogelijk tussen christenen en anderen. Maar christenen geven aan de keizer alleen wat de keizer toekomt, niet dat wat aan God toebehoort. Christenen konden door de geschiedenis heen vaker niet voldoen aan de eisen die de keizer stelt. Vanaf de keizer cultus van het oude Rome tot aan de totalitaire regimes van de vorige eeuw, hebben keizers geprobeerd om de plaats van God in te nemen. En wanneer hedendaagse christenen weigeren te buigen voor de afgoden van vandaag, dan is het niet ingegeven door een achterhaald wereldbeeld. Integendeel, dat komt omdat ze vrij zijn van de beperkingen van de ideologie en geïnspireerd door zulk een nobele visie op de menselijke bestemming dat die niet kan samengaan met iets wat deze nobele visie ondermijnt.
In Italië zien we veel kribscènes tegen de achtergrond van oude Romeinse ruïnes. Dat laat zien dat de geboorte van het kind Jezus het eind van de oude orde markeert, de heidense wereld, waarin de Keizers' claims vrijwel onbetwist waren. Nu is er een nieuwe Koning die niet vertrouwt op de kracht van wapens, maar op de kracht van de liefde. Hij brengt hoop voor al degenen die, net als Hij, leven in de marge van de samenleving. Hij brengt hoop aan allen die kwetsbaar zijn voor het veranderlijke lot van een breekbare wereld. Vanuit de kribbe, roept Christus ons op om te leven als burgers van zijn hemelse koninkrijk, een Koninkrijk waaraan alle mensen van goede wil hier op aarde kunnen meehelpen bouwen.