H. Paus Johannes Paulus II - 22 februari 1996
Vanaf het ogenblik dat het begin van de werkzaamheden van de verkiezing is bepaald, tot aan de publieke afkondiging van de verkiezing van de Paus, of in ieder geval tot wanneer de nieuwe paus het heeft verordend, dienen de verblijven van de Domus Sanctae Marthae, evenals en in het bijzonder de Sixtijnse Kapel en de plaatsen die bestemd zijn voor de liturgievieringen, op gezag van de Kardinaal Camerlengo en in externe samenwerking met de vice-Kardinaal Camerlengo en de substituut van het Staatssecretariaat, voor alle niet bevoegde personen gesloten te zijn overeenkomstig hetgeen is bepaald in de volgende nummers.
In het gehele gebied van Vaticaanstad en ook bij de gewone werkzaamheden van de bureaus die hierbinnen zijn gevestigd, dient alles gedurende voornoemde periode zo te zijn geregeld dat de discretie en het vrije verloop van alle activiteiten die verband houden met de verkiezing van de paus, gegarandeerd zijn. In het bijzonder dient men, ook met behulp van de prelaten kamerheren ervoor te zorgen dat de kieskardinalen gedurende het op de weg zijn het traject van de Domus Sanctae Marthae naar het Vaticaans Apostolisch Paleis door niemand worden benaderd.