TOT DE DEELNEMERS AAN BIJEENKOMST "VOORHOF VAN DE HEIDENEN" IN GUIMARãES (PORTUGAL)Gehouden op 16 en 17 november 2012
(Soort document: Paus Benedictus XVI - Toespraak)
Paus Benedictus XVI -
13 november 2012
Maar indien het verstand de waarde van het leven kan vatten, waarom dan nog een beroep doen op God? Ik antwoord vanuit de menselijke ervaring. De dood van een geliefde is voor diegene die hem beminnen, de meest absurde gebeurtenis die men zich kan indenken: deze geliefde is onvoorwaardelijk waard dat hij leeft, het is goed en schoon dat hij bestaat (zijnde, goedheid en schoonheid zijn, zoals de metafysicus zou zeggen, transcendenteel verwisselbaar). Evenzo lijkt de dood van diezelfde persoon, in de ogen van wie hem niet bemint, een natuurlijk fenomeen te zijn, logisch (niet absurd). Wie heeft het bij het rechte eind: diegene die bemint (“de dood van deze persoon is absurd”) of diegene die niet bemint (“de dood van deze persoon is logisch”)?