
H. Paus Johannes Paulus II - 31 maart 1985
De school als een instituut en een milieu omvat bovenal haar zorg voor de jeugd, maar de welsprekende woorden van Christus over de waarheid, zoals boven aangehaald. omvat, naar ik zou willen zeggen, nog veel meer de jonge mensen zelf. Want terwijl het gezin zonder enige twijfel opvoeding geeft en de schoolonderwijs en vorming verschaft, zo zullen tevens de activiteiten van het gezin en van de school onvolledig blijven (en zelfs nutteloos worden gemaakt) wanneer ieder van jullie, jonge mensen, niet de arbeid aanvat die bij je ontwikkeling hoort. De opvoeding in het gezin en op school kunnen je alleen maar voorzien van een aantal bouwstenen voor het werk van de zelfontplooiing.
En in dit kader worden de woorden van Christus een wezenlijk program: "Ge zult de waarheid kennen en de waarheid zal u vrij maken", Jonge mensen, zo zou men kunnen zeggen, hebben een aangeboren "fijngevoeligheid voor de waarheid". En de waarheid moet worden aangewend voor vrijheid: jonge mensen hebben ook een spontaan "verlangen naar vrijheid". En wat betekent het om vrij te zijn? Dat betekent dat je weet hoe je je vrijheid in waarheid kunt gebruiken - hoe je "naar waarheid" vrij kunt zijn. Naar waarheid vrij zijn betekent beslist niet, dat je altijd alles kunt doen waar je zin in hebt, of dat je kunt doen wat je wilt. Vrijheid bevat in zichzelf het criterium van de waarheid, de discipline van de waarheid. Werkelijk vrij-zijn betekent: je eigen vrijheid gebruiken voor wat naar waarheid goed is. Daaruit verder denkend betekent echte vrijheid: het zijn van een persoon met een oprecht geweten. verantwoordelijk zijn, een persoon zijn ,voor anderen "
Dit alles vormt precies de kern van wat wij opvoeding noemen, en speciaal van wat we zelfontplooiing noemen. Ja: zelfontplooiing! Want een innerlijke structuur van deze aard, waar "de waarheid ons vrij maakt". kan niet alleen 'van buitenaf' worden opgebouwd. Iedereen persoonlijk moet deze structuur 'van binnenuit' opbouwen - met ijver, volharding en geduld (hetgeen voor jonge mensen niet altijd zo gemakkelijk is). En juist die structuur noemen we zelfontplooiing. De Heer Jezus spreekt hier ook over als Hij benadrukt dat we alleen "door standvastig te zijn ons leven kunnen winnen". (Lc. 21, 19) "Ons leven winnen": dat is de vrucht van zelfontplooiing.
In dit alles ligt een nieuwe visie op de jeugd vervat. Hier spreken we niet langer meer over alleen maar een levensdoel dat in de toekomst vervuld moet worden. Het moet al in de periode van de jeugd tot vervulling komen, wanneer we door arbeid, onderwijs en vooral zelfontplooiing, het leven zelf gestalte geven en de basis leggen voor de verdere ontwikkeling van onze persoonlijkheid. In deze zin kunnen we zeggen dat de jeugd 'de beeldhouwster is die het hele leven vorm geeft'. En de vorm, die de jeugd geeft aan het concrete mens-zijn van ieder van jullie, wordt in het geheel van dat leven verankerd.
Dit heeft enerzijds een belangrijke positieve betekenis, maar het kan ook een heel negatieve betekenis met zich meebrengen. Je kunt je ogen niet sluiten voor de bedreigingen die voor jou op de loer liggen gedurende de periode van je jeugd. Ook zij kunnen hun stempel drukken op je hele leven.
Ik doel hier op bijvoorbeeld de verleiding tot een bittere kritische houding, die alles wil bestrijden en betwisten: of de verleiding tot een sceptische houding ten opzichte van traditionele waarden, die gemakkelijk kan ontaarden in een soort extreem cynisme, wanneer het zaken betreft die te maken hebben met problemen inzake werk, carrière of zelfs het huwelijk. Ik herhaal: hoe kan iemand in stilte de verleidingen overwinnen, die, vooral in de meer welvarende landen, worden veroorzaakt door de toename van het aanbod op de markt van het amusement, dat mensen afhoudt van een echte inzet van hun leven en dat de passiviteit, het egoïsme en het zich isoleren van de gemeenschap bevordert? Beste jongelui, jullie staan onder bedreiging van het verkeerde gebruik van reclame-technieken, die inspelen op de natuurlijke neiging om inspanningen te ontlopen en die de onmiddellijke bevrediging van ieder verlangen aanprijzen, terwijl het consumptieve gedrag dat daarmee gepaard gaat het doet voorkomen alsof de mens zijn zelf-vervulling vooral moet zoeken in het genieten van materiële goederen. Hoeveel jonge mensen bezwijken niet voor het boeiende van deze misleidende voorspiegelingen en geven zichzelf dan over aan de ongecontroleerde macht van de instincten of begeven zich op paden die vol mooie beloften zijn, maar in werkelijkheid niets bieden in echt menselijk opzicht! Ik voel me verplicht om nog eens te herhalen wat ik schreef in mijn boodschap, die ik juist aan jullie heb toegewijd bij gelegenheid van Wereldvredesdag: "Sommigen van jullie zullen misschien verleid worden om je verantwoordelijkheid te ontvluchten en je heil te zoeken in de fantasiewereld van alcohol en drugs, in vluchtige seksuele relaties zonder de verbintenis van een huwelijk en een gezin, in onverschilligheid, in cynisme en zelfs in geweld. Weest waakzaam voor het bedrog van een wereld die jouw energieke en krachtvolle zoeken naar geluk en zingeving wil misbruiken of misleiden." H. Paus Johannes Paulus II, Boodschap, Wereldvredesdag 1985, Vrede en jeugd samen op weg (8 dec 1984), 3
Ik schrijf dit alles aan jullie om mijn grote zorg voor jullie kenbaar te maken. Want wanneer je "altijd bereid moet zijn tot verantwoording aan al wie je rekenschap vraagt van de hoop die in je leeft", dan moet alles wat tegen deze hoop in gaat wel bezorgdheid veroorzaken. En voor wat betreft degenen die jullie jeugd proberen te vernietigen door allerlei verleidingen en illusies voor te spiegelen, moet ik hen herinneren aan de woorden van Christus, waarmee Hij spreekt over aanstoot geven en over degenen die dat teweeg brengen: "Wee. de mens door wiens toedoen aanstoot wordt gegeven. Het zou beter voor hem zijn als men hem een molensteen om de hals deed en in zee wierp, dan dat hij aan een van deze kleinen aanleiding tot zonde geeft. (Lc. 17, 1, v)
Scherpe woorden! Vooral scherp in de mond van Hem die de liefde kwam openbaren. Maar wie deze woorden van het Evangelie zorgvuldig leest, moet voelen hoe diep de tegenstelling is tussen goed en kwaad, tussen deugd en zonde. Hij zal zelfs duidelijker verstaan hoe belangrijk de jeugd van ieder van jullie is in de ogen van Christus. Juist Zijn liefde voor jonge mensen was de reden van het uitspreken van deze scherpe en harde woorden. Zij doen als het ware in de verte denken aan het gesprek van Christus met de jonge man in het Evangelie, waar deze brief steeds naar verwijst.