
Paus Benedictus XVI - 18 januari 2012
Sinds het begin van de moderne oecumenische beweging, meer dan een eeuw geleden, heeft altijd duidelijk het besef bestaan van het feit dat een falende eenheid onder de christenen verhindert dat het Evangelie nog beter en verder verkondigd wordt, want onze geloofwaardigheid wordt erdoor in gevaar gebracht. Hoe kunnen wij overtuigend getuigenis afleggen wanneer wij onder elkaar verdeeld zijn? Zeker, we hebben met het oog op de basis waarheden van het geloof veel meer overeenkomsten dan verschillen. Maar toch zijn er ongelijkheden, die ook verschillende praktische en ethische kwesties betreffen, wat tot verwarring en wantrouwen leidt, en wat op zijn beurt onze bekwaamheid verzwakt het heilbrengende woord van Christus te verspreiden. In deze samenhang moeten wij ons de woorden herinneren van de zalige Johannes Paulus II in zijn encycliek “H. Paus Johannes Paulus II - Encycliek
Ut Unum Sint
Over de inzet voor de oecumene
(25 mei 1995)”, over hoe het christelijk getuigenis en de verkondiging van het Evangelie door gebrek aan eenheid geschaad worden Vgl. H. Paus Johannes Paulus II, Encycliek, Over de inzet voor de oecumene, Ut Unum Sint (25 mei 1995), 98.99. Het is een grote uitdaging voor de nieuwe evangelisatie, die rijkere vruchten kan dragen wanneer alle Christenen samen de waarheid van het Evangelie van Jezus Christus verkondigen en een uniform antwoord geven op de geestelijke dorst van onze tijd.