Msgr. Nikola Eterovic - 2 februari 2011
De vruchten die dit onderbroken proces van evangelisatie binnen de Kerk voortbrengt als teken van de levend makende kracht van het Evangelie, krijgen gestalte in de confrontatie met de uitdagingen van onze tijd. Er is behoefte aan gezinnen voort te brengen die een waar en werkelijk teken van liefde en samen delen zijn, in staat tot hoop, omdat zij open staan voor het leven; er is kracht nodig om gemeenschappen op te bouwen die begiftigd zijn met een ware oecumenische geest en in staat zijn tot een dialoog met de andere religies; dringend noodzakelijk is de moed om initiatieven te ondersteunen van sociale gerechtigheid en solidariteit, die de arme in het middelpunt van de belangstelling van de Kerk plaatsen; men hoopt op de vreugde in het geven van het eigen leven bij een project voor roepingen en het gewijde leven. Een Kerk die haar geloof doorgeeft. een Kerk van de “nieuwe evangelisatie” is in staat op al deze terreinen de Geest te tonen die haar leidt en de geschiedenis verandert: de geschiedenis van de Kerk, van de christenen, van de mensen en hun culturen.
Van deze logica van het herkennen van de vruchten maakt ook de moed deel uit om ontrouw en schandalen aan de kaak te stellen die in de christelijke gemeenschappen naar voren komen als teken en gevolg van ogenblikken van uitputting en vermoeidheid in deze taak van verkondiging. De moed om schuld te bekennen; het vermogen om van Jezus Christus te blijven getuigen, terwijl wij over onze voortdurende behoefte gered te worden vertellen, wetend dat wij - zoals de apostel Paulus ons leert - naar onze zwakheden kunnen kijken, omdat wij zo de macht van Christus erkennen die ons redt; Vgl. 2 Kor. 12, 9 Vgl. Rom. 7, 14. |e.v. boetedoening, inzet op wegen van zuivering en de wil om de gevolgen van onze fouten te herstellen; een vast vertrouwen dat de hoop die ons is gegeven, “niet wordt teleurgesteld, omdat Gods liefde in ons hart is uitgestort door de Heilige Geest die ons werd geschonken” (Rom. 5, 5), ook dat zijn vruchten van een doorgeven van het geloof, van een verkondigen van het Evangelie dat op de eerste plaats niet ophoudt de christenen, hun gemeenschappen te vernieuwen, terwijl het de wereld het Evangelie van Jezus Christus brengt.