
Paus Benedictus XVI - 30 november 2011
Jezus’ onderricht over het gebed komt zeker uit Zijn manier van bidden die Hij thuis geleerd heeft, maar het heeft ook een diepe en wezenlijke oorsprong in Zijn conditie van Zoon Gods, in Zijn unieke verhouding met God de Vader. Het Catechismus-Compendium
Compendium van de Catechismus van de Katholieke Kerk
(28 juni 2005) geeft op de vraag “van wie heeft Jezus leren bidden?” als antwoord: “Jezus heeft, wat zijn menselijk hart betreft, leren bidden van zijn Moeder en van de joodse traditie. Maar zijn gebed ontspringt aan een geheimvoller bron, omdat Hij de eeuwige Zoon van God is, die in zijn heilige mensheid tot zijn Vader het volmaakte kinderlijke gebed richt” Catechismus-Compendium, Compendium van de Catechismus van de Katholieke Kerk (28 juni 2005), 541. Ook in ons gebed moeten wij steeds meer leren binnentreden in deze heilsgeschiedenis waarvan Jezus het hoogtepunt is, en ten overstaan van God onze persoonlijke beslissing hernieuwen om open te staan voor Zijn wil, Hem de sterkte vragen om heel ons leven onze wil af te stemmen op de Zijne, gehoorzaam aan Zijn liefdesplan voor ons.