Paulus Augustinus Kardinaal Mayer o.s.b. - 16 januari 1988
PASCHALIS SOLLEMNITATIS De voorbereiding en viering van het Paasfeest - Rondzendbrief |
|||
► | GOEDE VRIJDAG |
Op deze dag waarop "ons paaslam, Christus, is geslacht", (1 Kor. 5, 7) overweegt de Kerk het lijden van haar Heer en Bruidegom en vereert zij zijn kruis; zij gedenkt dat zij geboren is uit de zijde van Christus tijdens zijn doodsslaap aan het kruis en zij spreekt ten beste voor het heil van de gehele wereld.
Op grond van een oeroude traditie viert de Kerk op deze dag de Eucharistie niet; alleen tijdens de viering van het lijden en sterven van de Heer wordt de heilige Communie aan de gelovigen uitgereikt; aan zieken die aan deze viering niet kunnen deelnemen kan de Communie evenwel op ieder uur van de dag worden gebracht. Vgl. H. Paus Paulus VI, Apostolische Constitutie, ex Decr. Sacr. Oec. Conc. Vat. II instauratum, auctoritate Pauli PP. VI promulgatum, ed. typica, Missale Romanum (3 apr 1969). Goede Vrijdag, de viering van het Lijden van Onze Heer, nn. 1, 3
Goede Vrijdag moet in de gehele Kerk als een verplichte boetedag onderhouden worden, en wel door onthouding en vasten. H. Paus Paulus VI, Apostolische Constitutie, Over de hernieuwing van de kerkelijke boetepraktijk, Paenitemini (17 feb 1966), 31. II, 2 [[MS 58 (1966), p. 183]] Wetboek, Codex van het Canonieke recht, Codex Iuris Canonici (25 jan 1983), 1251
Sacramentele vieringen zijn op deze dag absoluut verboden, met uitzondering van het Sacrament van Boetvaardigheid en van de Ziekenzalving. Vgl. H. Paus Paulus VI, Apostolische Constitutie, ex Decr. Sacr. Oec. Conc. Vat. II instauratum, auctoritate Pauli PP. VI promulgatum, ed. typica, Missale Romanum (3 apr 1969). Goede Vrijdag, de viering van het Lijden van Onze Heer, n. 1 Een uitvaart gebeurt zonder zang en zonder orgel en klokgelui.
Het verdient aanbeveling op deze dag de lezingendienst en het morgengebed met deelname van het volk in de kerk te vieren (vgl. nr. 40).
De viering van het lijden en sterven van de Heer moet in de middaguren plaatshebben, en wel omstreeks drie uur. Om pastorale redenen kan men een geschikter tijdstip kiezen waarop het volk gemakkelijker bijeen kan komen, bijvoorbeeld vanaf de middag of op een later uur, maar niet na negen uur 's avonds. Vgl. H. Paus Paulus VI, Apostolische Constitutie, ex Decr. Sacr. Oec. Conc. Vat. II instauratum, auctoritate Pauli PP. VI promulgatum, ed. typica, Missale Romanum (3 apr 1969). Goede Vrijdag, de viering van het Lijden van Onze Heer, n. 3 Vgl. Congregatie voor de Riten, Voorschriften en Verkalringen van de Heilige Ritencongregatie omtrent de herstelde Orde van de Heilige Week, Ordinationes et Declarationes Circa Ordinem Hebdomadae Sanctae Instauratum (1 feb 1957), 15
De priester en de assistenten gaan in stilte naar het altaar; er wordt ondertussen niet gezongen. Indien er een inleidend woord moet zijn, gebeurt dit vóór de intrede van de priester en zijn assistenten.
Na een eerbiedsbetuiging voor het altaar, werpen priester en assistenten zich ter aarde neer; deze prostratie is een rite die eigen is aan deze dag en moet zorgvuldig onderhouden worden; zij betekent zowel de vernedering van de “aardse mens” Vgl. H. Paus Paulus VI, Apostolische Constitutie, ex Decr. Sacr. Oec. Conc. Vat. II instauratum, auctoritate Pauli PP. VI promulgatum, ed. typica, Missale Romanum (3 apr 1969). Goede Vrijdag, de viering van het Lijden van Onze Heer, n. 5, alternatief gebed als de droefheid en de smart van de Kerk.
De gelovigen staan tijdens de intrede van priester en assistenten en knielen vervolgens neer om in stilte te bidden.
De lezingen dienen onverkort voorgedragen te worden. De antwoordpsalm en het gezang vóór het Evangelie worden op de gewone wijze gezongen. Het lijdensverhaal volgens Johannes wordt op dezelfde wijze gezongen of gelezen als op de voorafgaande zondag (vgl. nr. 33). Na het lijdensverhaal zal een homilie worden gehouden; aan het einde hiervan kan men de gelovigen uitnodigen enige ogenblikken in stille overweging door te brengen. Vgl. H. Paus Paulus VI, Apostolische Constitutie, ex Decr. Sacr. Oec. Conc. Vat. II instauratum, auctoritate Pauli PP. VI promulgatum, ed. typica, Missale Romanum (3 apr 1969). Goede Vrijdag, de viering van het Lijden van Onze Heer, n. 9 Vgl. H. Paus Johannes Paulus II, Apostolische Constitutie, Caeremoniale Episcoporum ex decreto sacrosancti Oecumenici Concilii Vaticani II instauratum (14 sept 1984), 319
De voorbede zal gehouden worden met de tekst en in de vorm die van oudsher zijn overgeleverd, en wel met heel de omvang van intenties, daar dit een treffende verwijzing is naar de alles omvattende kracht van het lijden en sterven van Christus die voor het heil van de gehele wereld aan het kruis heeft gehangen. De plaatselijke ordinaris kan in geval van een ernstige publieke nood toestaan of voorschrijven dat een aparte intentie wordt toegevoegd. Vgl. H. Paus Paulus VI, Apostolische Constitutie, ex Decr. Sacr. Oec. Conc. Vat. II instauratum, auctoritate Pauli PP. VI promulgatum, ed. typica, Missale Romanum (3 apr 1969). Goede Vrijdag, de viering van het Lijden van Onze Heer, n. 12 Uit het aantal gebeden die in het H. Paus Paulus VI - Apostolische Constitutie
Missale Romanum
ex Decr. Sacr. Oec. Conc. Vat. II instauratum, auctoritate Pauli PP. VI promulgatum, ed. typica (3 april 1969) staan, mag de priester die gebeden kiezen die, gezien de plaatselijke situatie, het meest geschikt zijn, maar de volgorde van de intenties, die naar gewoonte voor de voorbede geldt, moet gehandhaafd blijven. Vgl. Congregatie voor de Goddelijke Eredienst, Institutio Generalis Missalis Romani - Editio typica altera (27 mrt 1975), 46
Voor de kruisverering moet het kruis groot genoeg en mooi zijn en bij het tonen kiest men één van de beide mogelijkheden van het H. Paus Paulus VI - Apostolische Constitutie
Missale Romanum
ex Decr. Sacr. Oec. Conc. Vat. II instauratum, auctoritate Pauli PP. VI promulgatum, ed. typica (3 april 1969). Deze rite moet voltrokken worden met een luister die het mysterie van ons heil waardig is: zowel de uitnodiging bij het tonen van het kruis als het antwoord van het volk moeten gezongen worden en men moet na elke kniebuiging een eerbiedige stilte onderhouden, terwijl de priester blijft staan en het kruis omhooggeheven houdt.
Het kruis moet aan elke gelovige afzonderlijk ter verering worden voorgehouden, omdat de persoonlijke verering van het kruis een zeer belangrijk onderdeel is in deze viering, en alleen in geval van een overgrote toeloop van het volk mag men het kruis door allen tegelijk laten vereren. Vgl. H. Paus Paulus VI, Apostolische Constitutie, ex Decr. Sacr. Oec. Conc. Vat. II instauratum, auctoritate Pauli PP. VI promulgatum, ed. typica, Missale Romanum (3 apr 1969). Goede Vrijdag, de viering van het Lijden van Onze Heer, n. 19
Op grond van de waarachtigheid van het teken mag er slechts één enkel kruis ter verering worden aangeboden. Bij de kruisverering moet men de antifonen, het “beklag van God” en de hymne zingen daar zij de heilsgeschiedenis op lyrische wijze in herinnering roepen Vgl. Micha 6, 3-4 of andere aangepaste gezangen (vgl. nr. 42).
De priester zingt de inleiding op het gebed des Heren, dat door allen gezongen wordt. Er is geen vredewens. De Communie geschiedt op de wijze die in het H. Paus Paulus VI - Apostolische Constitutie
Missale Romanum
ex Decr. Sacr. Oec. Conc. Vat. II instauratum, auctoritate Pauli PP. VI promulgatum, ed. typica (3 april 1969) is beschreven.
Tijdens de Communie kan men Ps. 22 (21) zingen of een ander aangepast gezang. Na het uitreiken van de Communie wordt de ciborie naar een hiervoor bestemde plaats buiten de kerk gebracht.
Na de viering wordt het altaar ontbloot, maar het kruis en vier kandelaars blijven staan. In de kerk zal men een geschikte ruimte inrichten (bij voorbeeld de kapel waar op Witte Donderdag de Eucharistie bewaard werd) waar het kruis des Heren wordt geplaatst, zodat de gelovigen het kunnen vereren en kussen en waar zij een persoonlijke overweging kunnen houden.
Om pastorale redenen mogen de oefeningen van godsvrucht, zoals de kruisweg, lijdensprocessie en de gedachtenis van de smarten van de heilige maagd Maria geenszins verwaarloosd worden. De teksten en gezangen hierbij moeten worden aangepast aan de geest van de liturgie van deze dag. Het tijdstip van deze oefeningen van godsvrucht moet in overeenstemming gebracht worden met het tijdstip van de voornaamste viering, zodat op grond van haar eigen aard de meerwaarde van de liturgische viering duidelijk blijkt. Vgl. 2e Vaticaans Concilie, Constitutie, Over de heilige liturgie, Sacrosanctum Concilium (4 dec 1963), 13