Paulus Augustinus Kardinaal Mayer o.s.b. - 16 januari 1988
"De veertig dagen, zoals deze jaarlijks onderhouden worden, zijn de gunstige tijd waarin men opgaat naar de heilige berg van het Paasfeest. Door zijn tweevoudig karakter immers bereidt de Veertigdagentijd én geloofsleerlingen én gelovigen voor op de viering van het Paasmysterie. De geloofsleerlingen worden zowel door hun uitverkiezing en het herhaalde onderzoek vóór dit Doopsel, als door het geloofsonderricht tot de Sacramenten van de christelijke initiatie geleid; de gelovigen, die nu met nog groter aandacht luisteren naar het woord van God en zich toeleggen op het gebed, bereiden zich op hun beurt door boetvaardigheid voor op de hernieuwing van hun doopbeloften." Vgl. H. Paus Johannes Paulus II, Apostolische Constitutie, Caeremoniale Episcoporum ex decreto sacrosancti Oecumenici Concilii Vaticani II instauratum (14 sept 1984), 2249