Paus Benedictus XVI - 11 oktober 2011
Wij wensen dat dit Jaar in iedere gelovige het streven wekt om het geloof in zijn volheid en met hernieuwde overtuiging te belijden. Het zal ook een gunstige gelegenheid zijn om de viering van het geloof in de liturgie te intensiveren, en in het bijzonder in de Eucharistie, die “het hoogtepunt” is “waarnaar de Kerk in al haar handelen streeft en tevens de bron waaruit al haar kracht voortvloeit”. 2e Vaticaans Concilie, Constitutie, Over de heilige liturgie, Sacrosanctum Concilium (4 dec 1963), 10 In de tussentijd wensen wij dat het getuigenis van leven van de gelovigen groeit in geloofwaardigheid. Opnieuw de inhoud ontdekken van het geloof dat wordt beleden, gevierd, beleefd en gebeden, Vgl. H. Paus Johannes Paulus II, Apostolische Constitutie, Publicatie Katechismus van de Katholieke Kerk, Fidei Depositum (11 okt 1992), 3 en nadenken over de geloofsact zelf, dat is een taak die iedere gelovige zich eigen moet maken, vooral in dit Jaar.
Niet toevallig waren de christenen in de eerste eeuwen gehouden het Credo van buiten te leren. Dit diende hun als dagelijks gebed om niet de taak te vergeten die zij met het Doopsel op zich hadden genomen. Met veelzeggende woorden herinnert de heilige Augustinus hieraan, wanneer hij in een Homilie over de redditio symboli, het weergeven van het Credo zegt:
“Het symbool van de hoogheilige belijdenis, dat gij gezamenlijk ontvangen hebt en vandaag ieder afzonderlijk hebt opgezegd, bevat de woorden, waardoor het geloof van onze Moeder de heilige Kerk, dat hecht gegrondvest is op het stevig fundament, dat Christus onze Heer is, bevestigd wordt. Want niemand mag een ander fundament plaatsen dan wat gelegd is en dat is Jezus Christus, Gij hebt immers ontvangen en opgezegd wat gij altijd moet bewaren in uw geest en in uw hart, wat gij bij uzelf moet herhalen, als gij in uw bed ligt, waaraan gij moet denken, als gij op straat loopt, wat gij niet moogt vergeten, wanneer gij eet, waarmede uw geest bezig moet zijn, ook als uw lichaam slaapt.”. H. Augustinus, Preken, Sermones. 215,1: Ned. vert. Christine Mohrmann