Paus Benedictus XVI - 30 augustus 2011
waarmee de Apostolische Constitutie H. Paus Johannes Paulus II - Apostolische Constitutie
Pastor Bonus
Over de hervorming van de Romeinse Curie
(28 juni 1988) wordt gewijzigd en enkele bevoegdheden van de Congregatie voor de Goddelijke Eredienst en de Regeling van de Sacramenten worden overgedragen aan het Bureau, ingesteld bij de rechtbank van de Rota Romana, voor de procedures betreffende dispensatie van een geldig en niet geconsumeerd huwelijk en de zaken van nietigheid van de heilige Wijding.
De Heilige Stoel heeft altijd getracht de eigen bestuursstructuur aan te passen aan de pastorale behoeften die in elke historische periode naar voren kwamen in het leven van de Kerk door daarom de organisatie en de bevoegdheid van de dicasteries van de Romeinse Curie te wijzigen.
Het Tweede Vaticaans Concilie bevestigde bovendien genoemd criterium door opnieuw de noodzaak te beklemtonen de dicasteries aan de behoeften van de tijd, de gebieden en de riten aan te passen, vooral voor wat hun aantal, naam, bevoegdheid, werkwijze en onderlinge samenwerking betreft. Vgl. 2e Vaticaans Concilie, Decreet, Over het herderlijk ambt van de bisschoppen in de Kerk, Christus Dominus (28 okt 1965), 9
Overeenkomstig deze principes ging mijn voorganger, de zalige Johannes Paulus II, over tot een allesomvattende reorganisatie van de Romeinse Curie middels de Apostolische Constitutie H. Paus Johannes Paulus II - Apostolische Constitutie
Pastor Bonus
Over de hervorming van de Romeinse Curie
(28 juni 1988), op 28 juni 1998 gepromulgeerd Vgl. H. Paus Johannes Paulus II, Apostolische Constitutie, Over de hervorming van de Romeinse Curie, Pastor Bonus (28 juni 1988). AAS 80 (1988) 841-930 en gaf gestalte aan de bevoegdheden van de verschillende dicasteries, rekening houdend met het vijf jaar tevoren gepromulgeerde Wetboek
Codex Iuris Canonici
Codex van het Canonieke recht
(25 januari 1983) en met de normen die men reeds voorzag voor de oosterse Kerken. Vervolgens zijn zowel mijn voorganger als ikzelf met voorzieningen gekomen en hebben wij de structuur en de bevoegdheid van enkele dicasteries gewijzigd om beter te beantwoorden aan de veranderde eisen.
In de huidige omstandigheden leek het aangebracht dat de Congregatie voor de Goddelijke Eredienst en de Regeling van de Sacramenten zich voornamelijk wijdt aan het geven van een nieuwe impuls aan het bevorderen van de heilige liturgie in de Kerk, overeenkomstig de vernieuwing die werd gewild door het Tweede Vaticaans Concilie vanaf de constitutie 2e Vaticaans Concilie - Constitutie
Sacrosanctum Concilium
Over de heilige liturgie
(4 december 1963).
Daarom heb ik het opportuun geacht de bevoegdheid om de procedures te behandelen voor het verlenen van dispensatie van een geldig en niet geconsumeerd huwelijk en de zaken van nietigheid van de heilige wijding over te dragen aan een nieuw Bureau, ingesteld bij de rechtbank van de Rota Romana.
Dientengevolge bepaal en verorden ik, op voorstel van Z.E. de prefect van de Congregatie voor de Goddelijke Eredienst en de Regeling van de Sacramenten en met de instemming van Z.E. de decaan van de rechtbank van de Rota Romana, gehoord het oordeel van het hoogste gerechtshof van de Apostolische Signatuur en van de Pauselijke Raad voor de wetsteksten, het volgende:
H. Paus Johannes Paulus II - Apostolische Constitutie
Pastor Bonus
Over de hervorming van de Romeinse Curie
(28 juni 1988) van de Apostolische Constitutie H. Paus Johannes Paulus II - Apostolische Constitutie
Pastor Bonus
Over de hervorming van de Romeinse Curie
(28 juni 1988) wordt gewijzigd overeenkomstig de volgende tekst:
“H. Paus Johannes Paulus II - Apostolische Constitutie
Pastor Bonus
Over de hervorming van de Romeinse Curie
(28 juni 1988) § 1. Deze rechtbank fungeert gewoonlijk als hogere beroepsinstantie bij de Apostolische Stoel om de rechten van de Kerk te behartigen, voorziet in de eenheid van de jurisprudentie en is door eigen uitspraken de rechtbanken van een lagere graad behulpzaam.
§ 2. Bij deze rechtbank wordt een Bureau ingesteld dat de bevoegdheid heeft te oordelen over het feit van het niet consumeren van een huwelijk en het bestaan van een gerechtvaardigde reden om dispensatie te verlenen. Daarom ontvangt het alle akten samen met de beoordeling van de bisschop en de opmerkingen van de defensor vinculi, weegt, volgens een bijzondere procedure, het verzoek dat erop gericht is om dispensatie te verkrijgen, en legt dit, indien noodzakelijk, voor aan de paus.
§3. Dit Bureau is ook bevoegd de zaken betreffende nietigheid van de heilige Wijding te behandelen naar de norm van het universeel en het eigen recht, congrua congruis referendo.”
Ik verorden dat dit alles wat ik met deze apostolische brief in de vorm van een Motu proprio heb besloten, in al zijn onderdelen in acht wordt genomen ongeacht welke tegengestelde bepalingen ook, hoe vermeldenswaard zij ook zijn, en ik bepaal dat dit wordt gepromulgeerd door publicatie in het dagblad “L’Osservatore Romano” en van kracht wordt op 1 oktober 2011.
Benedictus XVI