• Database vol kerkelijke documenten
  • Geloofsverdieping
  • Volledig in het Nederlands
  • Beheerd door vrijwilligers

Zoeken in kerkelijke documenten en berichten

x

Voor de ontwikkeling van het recht en voor de ontwikkeling van de menselijkheid was het doorslaggevend dat de christelijke theologen tegenover het religieuze recht, zoals dat werd vereist door het geloof in de goden, aan de kant van de filosofie zijn gaan staan en ratio en natuur in hun onderling verband hebben erkend als bronnen van recht die voor allen gelden. Deze beslissing heeft reeds Paulus in zijn Brief aan de Romeinen genomen: “Wanneer heidenen, die de wet {de Thora van Israël} niet hebben, uit zichzelf {vanuit de natuur} doen wat de wet verlangt, zijn zij zichzelf tot wet ... Door hun daden tonen zij dat de wet in hun hart geschreven staat, waarbij komt het getuigenis van hun geweten” (Rom. 2, 14-15) . Hier komen de beide grondbegrippen natuur en geweten naar voren, waarbij het geweten niets anders is dan de opmerkzame geest van Salomo, dan de ratio die openstaat voor de taal van het zijn. Terwijl daarmee tot in de tijd van de Verlichting, van de Verenigde Naties
Universele Verklaring van de Rechten van de Mens (10 december 1948)
na de Tweede Wereldoorlog en in de vorm van onze grondwet de vraag naar de fundamenten van de wetgeving opgelost scheen, deed zich in de laatste halve eeuw een dramatische verandering in de situatie voor. De idee van het natuurrecht wordt heden ten dage gezien als een alleen katholieke leer en het zou niet eens de moeite waard zijn hierover buiten katholieke kring te discussiëren, zodat men zich al bijna schaamt om het woord zelfs maar te vermelden. Ik zou kort willen aangeven hoe deze situatie is ontstaan. Wezenlijk is op de eerste plaats de stelling dat tussen ‘zijn’ en ‘moeten’ een onoverbrugbare kloof bestaat. Uit zijn kan geen moeten volgen, omdat het hier twee totaal verschillende terreinen betreft. De reden hiervan is het intussen bijna algemeen aanvaarde positivistische begrip van natuur. Wanneer men de natuur - om met de woorden van H. Kelsen te spreken - beschouwt als een “aggregaat van oorzaak en gevolg van met elkaar verbonden objectieve gegevens”, dan kan daaruit inderdaad hoe dan ook geen ethische aanwijzing voortkomen. Vgl. W. Waldstein, Ins Herz geschrieben. Das Naturrecht als Fundament einer menschlichen Gesellschaft (Augsburg 2010) 11ff; 15-21. Een positivistisch natuurbegrip, dat de natuur als zuiver functioneel verstaat, zoals de natuurwetenschap dat kent, kan geen brug slaan naar ethos en recht, maar alleen opnieuw functionele antwoorden opleveren. Hetzelfde geldt echter ook voor de ratio overeenkomstig een positivistische visie, in brede kring beschouwd als de enige wetenschappelijke visie. Wat niet verifieerbaar of falsificeerbaar is, hoort in die opvatting dan ook niet tot het terrein van de ratio in strikte zin. Derhalve moeten ethos en religie worden toegewezen aan het terrein van het subjectieve en vallen deze buiten het gebied van de ratio in de strikte zin van het woord. Waar de alleenheerschappij van de positivistische ratio heerst - en dat is verreweg het geval in ons publieke bewustzijn -, daar zijn de klassieke bronnen van de kennis van ethos en recht buiten werking gesteld. Dit is een dramatische situatie, die allen aangaat en waarover een openlijke discussie noodzakelijk is; deze toespraak heeft als wezenlijk doel hier dringend toe uit te nodigen.

Document

Naam: HET LUISTEREND HART - REFLECTIES OP DE ONDERBOUWING VAN HET RECHT
Tot de vergadering van de Duitse Bondsdag - Gebouw van de Reichstag, Berlijn
Soort: Paus Benedictus XVI - Toespraak
Auteur: Paus Benedictus XVI
Datum: 22 september 2011
Copyrights: © 2011, Libreria Editrice Vaticana / Secretariaat RK Kerk in Nederland
Vert.: drs. H.M.G. Kretzers, alineaverdeling en -nummering: redactie
Bewerkt: 7 november 2019

Opties

Internetadres
Print deze pagina
Dit document bestellen
Startpagina van dit document
Referenties naar dit document
Referenties vanuit dit document
RK Documenten wordt mogelijk gemaakt door donaties van gebruikers.
© 1999 - 2024, Stg. InterKerk, Schiedam, test