"Wanneer van iemand ná diens overlijden bekend wordt, dat hij of zij door euthanasie of hulp bij suïcide is gestorven ( ... ) kan het houden van een kerkelijke uitvaart het christelijk getuigenis omtrent de waarde van het leven verdoezelen. Er bestaat dan het risico van publieke ergernis, in die zin dat de indruk zou kunnen ontstaan dat de Kerk met euthanasie of suïcide akkoord ging. Daarom is in genoemde situatie het verlenen van medewerking aan een kerkelijke uitvaart niet op zijn plaats, tenzij daar een zwaarwegende reden voor zou zijn die vanwege de geheimplicht niet kan worden meegedeeld".