
Paus Franciscus - 29 juni 2013
LUMEN FIDEI Licht van het geloof |
|||
► | Ik geef u door, wat Ik ontvangen heb (vgl. 1 Kor. 15, 3) | ||
► | Geloof, gebed en de Tien Geboden |
Nog twee andere elementen zijn van wezenlijk belang bij de getrouwe overdracht van de herinnering van de Kerk. In de eerste plaats is er het Gebed des Heren, het Onze Vader. Door dit gebed leert de christen te delen in de persoonlijke, geestelijke ervaring van Christus; hij begint te kijken met de ogen van Christus. Vanuit Hem, die Licht is uit Licht, de Eniggeboren Zoon van de Vader, leren ook wij God kennen en kunnen wij in anderen het verlangen doen ontvlammen om Hem te naderen.
Net zo belangrijk is vervolgens de band tussen het geloof en de Tien Geboden. We hebben reeds vermeld dat het geloof verschijnt als een ‘onderweg-zijn’, als een weg die afgelegd moet worden en die openstaat voor de ontmoeting met de levende God. In het licht van het geloof en in de volledige overgave aan God die redt, krijgen de Tien Geboden een diepere waarheid, die vervat ligt in de openingswoorden: ‘Ik ben de Heer, uw God, die u heb weggeleid uit Egypte’ (Ex. 20, 2). De Tien Geboden vormen geen opsomming van negatieve voorschriften, maar zijn een geheel van concrete richtlijnen om uit de woestijn van het op zichzelf gericht zijn, een in zich opgesloten ‘ik’ te kunnen komen en in dialoog te kunnen treden met God, terwijl men zich door zijn barmhartigheid laat omarmen, om ook zelf barmhartigheid te kunnen betonen. Op deze wijze belijdt het geloof de liefde van God, uit wie alles voortkomt en die alles draagt. Het geloof laat zich door deze liefde in beweging zetten, om op weg te gaan naar de volheid van de gemeenschap met God. De Tien Geboden zijn een weg van dankbaarheid en van antwoorden uit liefde. Deze weg is mogelijk omdat we ons hebben opengesteld voor de ervaring van de omvormende liefde van God voor ons. Deze weg wordt opnieuw belicht door hetgeen Jezus ons leert in de Bergrede. Vgl. Mt. 5-7
Zo heb ik de vier elementen genoemd, die de schat samenvatten van de herinnering, die door de Kerk wordt overgeleverd: de belijdenis van het geloof, de viering van de sacramenten, de weg van de Tien Geboden en het gebed. Traditioneel werd de catechese van de Kerk rond deze elementen opgebouwd, zoals dat ook in de Catechismus-Compendium
Catechismus van de Katholieke Kerk
(15 augustus 1997) gebeurt. Dit boek is werkelijk een fundamenteel instrument voor elke coherente vorm van activiteiten waarmee de Kerk de integrale inhoud van het geloof doorgeeft, namelijk: ‘alles wat zijzelf is, alles wat zij gelooft’. 2e Vaticaans Concilie, Constitutie, Over de Goddelijke openbaring, Dei Verbum (18 nov 1965), 8