
Paus Benedictus XVI - 15 november 2010
Het Tweede Vaticaans Concilie heeft er uitdrukkelijk aan herinnerd dat “het bevorderen van de roepingen een taak is van de gehele christengemeenschap, die dit allereerst moet bewerken door een volledig christelijk leven” 2e Vaticaans Concilie, Decreet, Over de priesteropleiding, Optatam Totius Ecclesiae (28 okt 1965), 2. Derhalve wens ik een broederlijke en bijzondere groet en bemoediging te richten tot allen die op verschillende wijze in de parochies samenwerken met de priesters. Ik richt mij in het bijzonder tot hen die hun eigen bijdrage kunnen leveren aan de roepingenpastoraal: priesters, gezinnen, catechisten, leiders van parochiegroepen. Ik druk de priesters op het hart dat zij in staat zijn een getuigenis te geven van gemeenschap met de bisschop en de andere medebroeders om de humus te garanderen die van levensbelang is voor nieuwe kiemen van priesterroepingen. Mogen de gezinnen worden “bezield door een geest van geloof, liefde en vroomheid” 2e Vaticaans Concilie, Decreet, Over de priesteropleiding, Optatam Totius Ecclesiae (28 okt 1965), 2, in staat om hun zonen en dochters te helpen edelmoedig op de roeping tot het priesterschap en het godgewijde leven in te gaan. Mogen de catechisten en de leiders van katholieke verenigingen en kerkelijke bewegingen, overtuigd van hun opvoedende zending, trachten “de aan hun zorgen toevertrouwde jeugd zo te ontwikkelen, dat zij in staat is de goddelijke roeping te vernemen en vrijelijk te volgen” 2e Vaticaans Concilie, Decreet, Over de priesteropleiding, Optatam Totius Ecclesiae (28 okt 1965), 2.