H. Paus Johannes Paulus II - 31 mei 1998
De zondagsbijeenkomst is een bevoorrechte plaats van eenheid: men viert er daadwerkelijk het sacramentum unitatis, het sacrament van de eenheid, dat op diepgaande wijze de Kerk kenmerkt, het volk bijeengebracht "door" en "in" de eenheid van de Vader, de Zoon en de Heilige Geest. Vgl. H. Cyprianus van Carthago, De Dominica Oratione. 23, PL 5 535C-536A Vgl. H. Cyprianus van Carthago, Over de eenheid van de Katholieke Kerk, De catolicae ecclesiae unitate (1 jan 250). 7, PL 4, 503A Vgl. 2e Vaticaans Concilie, Constitutie, Over de Kerk, Lumen Gentium (21 nov 1964), 4 2e Vaticaans Concilie, Constitutie, Over de heilige liturgie, Sacrosanctum Concilium (4 dec 1963), 26 Daarin beleven de katholieke gezinnen een van de beste uitingen van hun identiteit en hun "dienstwerk" als "huiskerken", wanneer de ouders met hun kinderen deelhebben aan de ene tafel van het Woord en het Brood des Levens. Vgl. H. Paus Johannes Paulus II, Postsynodale Apostolische Exhortatie, Over de taken van het christelijk gezin in de wereld van deze tijd, Familiaris Consortio (22 nov 1981), 57.61 Het is goed er in dit verband op te wijzen, dat het in de eerste plaats de taak van de ouders is hun kinderen te leren deel te nemen aan de zondagsmis. De ouders worden daarbij geholpen door catecheten die zich erop moeten toeleggen de inleiding op de mis in te passen in het vormingsplan van de kinderen die aan hun zorg zijn toevertrouwd, door hun de zwaarwegende redenen voor het verplichtend karakter van het voorschrift aan te reiken. Wanneer de omstandigheden daar aanleiding toe geven, zal de viering van de mis voor kinderen bijdragen aan die vorming, daarbij rekening houdend met de verschillende mogelijkheden waarin door de liturgische voorschriften voorzien is. Congregatie voor de Eredienst en de Sacramenten, Directorium voor de Eucharistievieringen met kinderen, Directorium de Missis cum pueris (1 nov 1973)
Het is normaal, dat groepen, bewegingen, verenigingen en ook kleine religieuze gemeenschappen die in de parochie gevestigd zijn, in de zondagsmis van de parochie, als "eucharistische gemeenschap", Vgl. Congregatie voor de Riten, Over de Eredienst van de Eucharistie, Eucharisticum Mysterium (25 mei 1967), 26 Vgl. Congregatie voor de Bisschoppen, Directorium voor het herdersambt van de bisschoppen, Ecclesiae imago (22 feb 1973), 86. c ook aanwezig zijn. Dat geeft hun de gelegenheid te ervaren wat zij in grote mate gemeen hebben, naast de eigenheden van hun geestelijke wegen die er een legitiem kenmerk van zijn, in gehoorzaamheid aan het oordeel van de kerkelijke overheid. Vgl. H. Paus Johannes Paulus II, Postsynodale Apostolische Exhortatie, Over de roeping en de zending van de leken in de Kerk, Christifideles laici (30 dec 1988), 30 Daarom dienen Missen voor kleine groepen op de zondag, de dag van de samenkomst, niet aangemoedigd te worden: niet alleen om dat de parochiebijeenkomsten van hun bedienaar, de priester, beroofd zouden worden, maar ook om ervoor te zorgen dat het leven en eenheid van de kerkelijke gemeenschap beschermd en gesteund worden. Congregatie voor de Eredienst en de Sacramenten, De Missis pro coetibus particularibus (15 mei 1969), 10 Het komt aan het wijze oordeel van de herders van de particuliere kerken toe eventueel toestemming te geven voor duidelijk omschreven afwijkingen van deze nauwkeurige richtlijn met het oog op de specifieke eisen van vorming en pastoraal, waarbij rekening wordt gehouden met het welzijn van personen of groepen en in het bijzonder met de vruchten die er voor de hele Christengemeenschap het gevolg van kunnen zijn.