29 november 2010
Onze gebeden die we in naam van Jezus bidden, gaan daarheen waar ook de gebeden van Jezus gingen: naar het hart van de hemelse Vader. Catechismus-Compendium, Catechismus van de Katholieke Kerk (15 aug 1997), 2664-2669.2680-2681
We kunnen daar net zo zeker van zijn als van ons vertrouwen in Jezus. Jezus heeft namelijk voor ons de weg naar de hemel opnieuw geopend die door de zonde afgesloten was geraakt. Aangezien Jezus de weg naar God is, sluiten christenen hun gebeden af met de toevoeging ‘dat vragen wij U door Jezus Christus onze Heer’.
Van Jezus’ bidden leren betekent meedoen aan zijn grenzeloze vertrouwen, instemmen met zijn gebed en door Hem stap voor stap naar de Vader geleid worden. Catechismus-Compendium, Catechismus van de Katholieke Kerk (15 aug 1997), 2607-2614.2621
De discipelen die in gemeenschap met Jezus leefden, leerden bidden door te luisteren en door navolging van Jezus, wiens leven één groot gebed was. Net als Hij moesten ze waken, strijden om een zuiver hart, alles geven voor de komst van het Koninkrijk van God, hun vijanden vergeven, dapper op God vertrouwen en liefde voor Hem voor alles stellen. Met dit voorbeeld van overgave nodigde Jezus zijn discipelen uit God de Almachtige aan te spreken met ‘Abba, lieve Vader’. Wanneer we in de geest van Jezus bidden, vooral wanneer we het Onze Vader bidden, treden we in de voetsporen en kunnen we er zeker van zijn dat we feilloos in het hart van de Vader aankomen.