29 november 2010
Wie de liefde misbruikt doordat hij de menselijke seksualiteit losmaakt van de intimiteit van een bindende liefde tussen twee mensen en er handelswaar van maakt, begaat een ernstige zonde. Wie pornografie produceert, consumeert en verkoopt, schendt de menselijke waardigheid en verleidt anderen tot het kwaad. Catechismus-Compendium, Catechismus van de Katholieke Kerk (15 aug 1997), 2523
Pornografie is een variant op prostitutie, want ook hier wordt gesuggereerd dat ‘liefde’ te koop zou zijn voor geld. Acteurs, producenten en handelaren hebben allen een even groot aandeel aan dit zware vergrijp tegen de liefde en de menselijke waardigheid. Wie pornografische media consumeert, zich in virtuele pornowerelden begeeft of aan pornografische gebeurtenissen deelneemt, begeeft zich op enige afstand in de prostitutie en ondersteunt daarmee de smerige miljardenhandel in seks.
Wie een ander mens verkracht, schendt zijn of haar waardigheid volledig. Hij breekt met geweld binnen in de diepste intimiteit van een ander en kwetst hem in het hart van zijn vermogen tot liefhebben. Catechismus-Compendium, Catechismus van de Katholieke Kerk (15 aug 1997), 2356
De verkrachter begaat een misdrijf tegen het wezen van de liefde. Het behoort tot het wezen van de seksuele vereniging dat die uitsluitend in het kader van de liefde vrij kan worden toegestaan. Zelfs binnen het huwelijk kan verkrachting voorkomen. Het meest verwerpelijk is verkrachting in sociale, hiërarchische, beroepsmatige of familiegebonden afhankelijkheidsrelaties, bijvoorbeeld tussen ouders en kinderen of tussen leraren, opvoeders, zielzorgers en hun pupillen.