29 november 2010
Elke samenleving is erop aangewezen dat haar ordening, haar samenhang en haar ontwikkeling worden gestimuleerd en bestuurd door een legitiem gezag. Het is in overeenstemming met de menselijke natuur dat de mens zich laat leiden door legitiem gezag. Catechismus-Compendium, Catechismus van de Katholieke Kerk (15 aug 1997), 1897-1902.1918-1919.1922
Uiteraard moet het gezag in de samenleving niet aan zichzelf ontleend zijn, maar moet het rechtmatig zijn. Wie regeert en welke grondwettelijke staatsvorm passend is, hangt af van de wil van de burgers. De Kerk legt zich niet vast op een bepaalde staatsvorm, maar zegt alleen dat ze niet in tegenspraak mag zijn met het algemeen welzijn.