29 november 2010
De zware zonde vernielt de goddelijke kracht van de liefde in het hart van een mens, zonder welke de eeuwige zaligheid niet mogelijk is. Daarom wordt ze ook een doodzonde genoemd. De zware zonde breekt met God, terwijl dagelijkse zonden de verhouding met Hem alleen belemmeren. Catechismus-Compendium, Catechismus van de Katholieke Kerk (15 aug 1997), 1852-1861.1874
Een zware zonde snijdt de mens van God af. Zo een zonde richt zich tegen een essentiële waarde, dus tegen het leven of tegen God zelf (bv. moord, godslastering of echtbreuk…). Dagelijkse zonden zijn gericht tegen ondergeschikte waarden (eer, waarheid, eigendom…), of zijn zonden die niet in het volle besef van hun draagwijdte of niet willens en wetens zijn gepleegd. Zulke zonden verstoren de relatie met God, maar breken niet met Hem.
Om de breuk met God te helen die door een zware zonde is ontstaan, moet een katholieke Christen zich door middel van de biecht laten verzoenen met God. Catechismus-Compendium, Catechismus van de Katholieke Kerk (15 aug 1997), 1856