H. Paus Johannes Paulus II - 7 december 1990
REDEMPTORIS MISSIO Over de blijvende geldigheid van de missie-opdracht |
|||
► | De onmetelijke horizonten van de missie ad gentes | ||
► | Een complex godsdienstig kader dat in beweging is |
Van de andere kant heeft het missiewerk overvloedige vruchten voortgebracht in alle delen van de wereld, waardoor er jonge kerken bestaan die soms zo krachtig en rijk zijn dat zij goed kunnen voorzien in de behoefte van de eigen gemeenschap en ook mensen kunnen uitzenden voor de evangelisatie in andere kerken en gebieden. Vandaar het contrast met streken die van oudsher christelijk zijn en opnieuw geëvangeliseerd moeten worden. Sommigen vragen zich daarom af of het nog nodig is te spreken van specifieke missieactiviteit of van nauwkeurige omtrekken daarvan en of men niet moet erkennen dat er maar één missiesituatie bestaat waarvoor er slechts één missie is welke overal gelijk is. De moeilijkheid van het interpreteren van deze complexe en veranderlijke realiteit met betrekking tot de opdracht om te evangeliseren blijkt reeds in het woordgebruik aangaande de missie. Er is bijvoorbeeld een zekere aarzeling in het gebruik van de termen “missies” en “missionaris”, welke als achterhaald worden beschouwd en belast met negatieve historische resonanties. Men geeft er de voorkeur aan het substantief “missie” in het enkelvoud te gebruiken voor het aanduiden van iedere activiteit van de Kerk.
Deze moeilijkheid wijst op een werkelijke verandering die positieve aspecten heeft. De zogenaamde terugkeer of “repatriering” van de missies in de missie van de Kerk, het samenvloeien van de missiologie met de ecclesiologie en de plaatsing van beide in het trinitaire heilsplan hebben nieuw leven gegeven aan de missieactiviteit zelf, welke niet gezien wordt als een marginale taak van de Kerk, maar geplaatst wordt in het centrum van haar leven als een fundamentele verplichting van heel het volk Gods. Men moet echter oppassen voor het gevaar situaties die zeer verschillend zijn, te nivelleren en de missie en de missionarissen ad gentes te reduceren, zo niet te laten verdwijnen. Zeggen dat heel de Kerk missionerend is sluit niet uit dat er een specifieke missie ad gentes is, zoals zeggen dat alle katholieken missionaris moeten zijn niet uitsluit, maar zelfs eist dat er “missionarissen ad gentes en ad vitam” zijn door een specifieke roeping.