
Desiré Kardinaal Mercier - 1 maart 1908
De excommunicatie, door de Paus uitgesproken tegen de hardnekkige modernisten, en die onze tegenstanders zouden willen doen voorkomen als iets despotisch, is de eenvoudigste en natuurlijkste zaak der wereld. Niets is hier in het spe, dan een eerlijkheidskwestie.
De vraag is: stelt gij geloof in het goddelijk gezag der Kerk? Ja of neen? Neemt gij niet slechts voor het uiterlijk maar ook inwendig aan, wat zij u in de naam van Jezus Christus te geloven voorstelt? Wilt gij haar gehoorzamen? Antwoordt nu ronduit.
Zo ja, dan stelt zij haar Sacramenten te uwer beschikking en neemt zij op zich, u te geleiden naar de haven des heils.
Zoo neen, dan verbreekt gij opzettelijk de band, die u met haar verbond, die zij had vastgeknoopt, die haar genade geheiligd had. Dan behoort gij voor God en uw geweten niet meer tot haar. Vermeet u in dit geval niet, de schijn aan te nemen, dat gij nog deel van haar uitmaakt. De eerlijkheid verbiedt u, uzelf nog te doen doorgaan voor een van haar kinderen en zij, die zich aan heiligschennende huichelarij wil noch kan medeplichtig maken, vraagt u en èist desnoods van u, haar rangen te verlaten.
Doch — begrijpt mij goed: zij verstoot u slechts voor zó lang, als gij dit zelf verkiest. Zo gauw gij, vol berouw over uw afdwaling, wederom in alle oprechtheid haar gezag erkent, zal zij u met de vergevensgezindheid van een moeder weer opnemen en behandelen met al die voorkomendheid, welke de vader uit de gelijkenis zijn berouwhebbende zoon betoonde.
De inrichting der Kerk is aldus: Het katholiek episcopaat, aan wiens hoofd de Paus staat, is de opvolger der twaalf Apostelen, en steunend op hun gezag leert het de gelovigen de christelijke openbaring.
Juist zoals in het hoofd, als middelpunt, het leven van het gehele organisme geconcentreerd en daarin zijn werking en beweging geheel geordend en bestuurd wordt, evenzo verleent de Paus eenheid aan de lerende Kerk en telkens, wanneer er onder de gelovigen of Bisschoppen een geschil over de leer ontstaat, beslecht de Paus met soeverein gezag. Hoger beroep dan op hem, bestaat niet.
Kortom, zoo dikwijls een christen, wanneer het ook zijn moge, zich de twee volgende vragen van belang stelt:
— moet hij zichzelf antwoorden: ik ben verplicht dat te geloven, wat de Bisschoppen der katholieke wereld in overeenstemming met den Paus, mij leren. Ik ben verplicht, dat te geloven, omdat het episcopaat in vereniging met den Paus het orgaan is, dat de door Jezus Christus geopenbaarde leer, aan ons overbrengt.
In het voorbijgaan zij gezegd, dat het orgaan, hetgeen ons de door Jezus Christus geopenbaarde leer, overbrengt, de “traditie” is, waaraan het Christelijk geloof moet beantwoorden. Welnu, het modernisme, dat de Paus veroordeeld heeft, is de negatie van deze zo eenvoudige leer, u onderwezen van uw jeugd af, toen gij uzelf voorbereidde tot de eerste communie.