Paus Benedictus XVI - 5 april 2010
Geliefde broeders en zusters,
In het licht van Pasen dat wij heel de week vieren, hernieuw ik mijn hartelijkste wensen van vrede en vreugde.
U weet, de maandag die volgt op de zondag van de verrijzenis wordt traditioneel “maandag van de engel” genoemd. Het is zeer interessant zich te verdiepen in deze verwijzing naar “de engel”.
Natuurlijk gaat de gedachte onmiddellijk naar de evangelieverhalen over Jezus’ verrijzenis, waarin de figuur verschijnt van een boodschapper van de Heer. De Heilige Matteüs schrijft: “Plotseling ontstond er een hevige aardbeving en een engel van de Heer daalde uit de hemel, kwam naderbij, rolde de steen weg en zette zich daarop neer. Hij straalde als een bliksemschicht en zijn kleed was wit als sneeuw” (Mt. 28, 2-3). Alle evangelisten preciseren vervolgens dat, toen de vrouwen zich naar het graf begaven en het open en leeg bevonden, het een engel is die hun meldt dat Jezus verrezen was. Bij Matteüs zegt deze boodschapper van de Heer hun: “Gij behoeft niet bevreesd te zijn; ik weet dat gij Jezus zoekt, de gekruisigde. Hij is niet hier. Hij is verrezen zoals Hij gezegd heeft” (Mt. 28, 5-6); daarna toont hij hun het lege graf en draagt hun op het aan de apostelen te zeggen. Bij Marcus, wordt de engel beschreven als “een jongeman ... in een wit gewaad” die aan de vrouwen dezelfde boodschap geeft Vgl. Mc. 16, 5-6
. Lucas spreekt over “twee mannen ... in een stralend wit kleed” die de vrouwen eraan herinneren dat Jezus lang voordien Zijn dood en verrijzenis had aangekondigd Vgl. Lc. 24, 4-7
. Johannes spreekt over “twee in het wit geklede engelen”; het is Maria Magdalena die hen ziet als zij bij het graf zit te wenen en zij zeggen haar: “Vrouw,waarom schreit ge?” (Joh. 20, 11-13).
Geliefde broeders en zusters, keren wij ons nu tot de Maagd Maria en roepen wij Haar aan als Koningin van de Hemel. Dat Zij ons helpe om de genade van het paasmysterie ten volle te ontvangen en moedige en vreugdevolle boodschappers te worden van Christus’ verrijzenis.