
H. Paus Johannes Paulus II - 7 oktober 2004
De Eucharistie is niet alleen uitdrukking van communio in het leven van de Kerk; zij is ook een project van solidariteit voor heel de mensheid. In de viering van de Eucharistie vernieuwt de Kerk voortdurend haar besef dat zij "teken en instrument" is, niet alleen "van de innige vereniging met God", maar ook "van de eenheid van heel het menselijk geslacht" Vgl. 2e Vaticaans Concilie, Constitutie, Over de Kerk, Lumen Gentium (21 nov 1964), 1. Ook al zou ze in de verborgenheid of in een afgelegen gebied van de aarde worden gevierd, elke Mis draagt steeds het teken van de universaliteit. De christen die deelneemt aan de Eucharistie, leert daarvan dat hij zich in al de omstandigheden van zijn leven tot promotor moet maken van communio, van gemeenschap, van vrede en van solidariteit. De verscheurde aanblik van onze wereld, die aan het nieuwe Millennium is begonnen met het spook van het terrorisme en de tragedie van de oorlog, roept meer dan ooit de christenen op de Eucharistie te beleven als een grote leerschool van de vrede, waar mannen en vrouwen worden gevormd die op de verschillende niveaus van hun verantwoordelijkheid in het maatschappelijke, culturele en politieke leven de dialoog en de communio tot stand brengen.