Paus Benedictus XVI - 30 september 2010
De werkelijkheid wordt dus uit het Woord geboren als creatura Verbi en alles is geroepen om het Woord te dienen. De schepping is de plaats waar heel de geschiedenis van de liefde tussen God en zijn schepsel zich afspeelt; daarom is het heil van de mens de drijfveer van alles. Wanneer wij kijken naar de kosmos vanuit het perspectief van de heilsgeschiedenis, dan worden wij ertoe gebracht om de unieke en bijzondere plaats te ontdekken die de mens in de schepping inneemt: “En God schiep de mens als zijn beeld; als het beeld van God schiep Hij hem; als man en vrouw schiep Hij hen” (Gen. 1, 27). Dit staat het ons toe om de kostbare gaven die we van de Schepper hebben ontvangen ten volle te erkennen: de waarde van het eigen lichaam, de gave van de rede, de vrijheid en het bewustzijn. Hierin vinden wij ook wat de filosofische traditie “natuurwet” noemt. Vgl. Bisschoppensynodes, Van de 12e Gewone Bisschoppensynode over het Woord van God in het leven en de zending van de Kerk (Engelstalige versie), Propositiones (25 okt 2008), 13 Immers, “ieder menselijk wezen dat tot bewustzijn en verantwoordelijkheidsgevoel komt, ervaart een innerlijke oproep om het goede te doen” Internationale Theologische Commissie, Inhoudsopgave - fragmenten, Op zoek naar een universele ethiek: een nieuwe blik op de natuurwet (10 juni 2009), 39 en derhalve om het kwade te vermijden. Zoals de heilige Thomas van Aquino zegt, zijn op dit principe ook alle andere voorschriften van de natuurwet gebaseerd. Vgl. H. Thomas van Aquino, Summa Theologiae. Ia-IIae, q. 94, a. 2 Het luisteren naar het Woord van God brengt ons op de eerste plaats ertoe te waarderen dat we het nodig hebben om volgens deze wet “die in het hart geschreven staat” Vgl. Rom. 2, 15 Vgl. Rom. 7, 23 te leven. Vgl. Pauselijke Bijbelcommissie, Bijbelse wortels van het christelijk handelen., Bijbel en moraal (11 mei 2008), 13.32.109 Jezus Christus geeft vervolgens aan de mensen de nieuwe Wet, de Wet van het evangelie, die de natuurwet in zich opneemt en op sublieme wijze verwezenlijkt door ons te bevrijden van de zonde, waardoor, zoals de heilige Paulus zegt, “de goede wil binnen mijn bereik ligt, maar niet de goede zaak” (Rom. 7, 18) en die aan de mensen door middel van de genade de deelname geeft aan het goddelijk leven en het vermogen om egoïsme te overwinnen. Vgl. Internationale Theologische Commissie, Inhoudsopgave - fragmenten, Op zoek naar een universele ethiek: een nieuwe blik op de natuurwet (10 juni 2009), 102