Paus Benedictus XVI - 30 september 2010
Wanneer men de nauwe relaties die het Nieuwe Testament met het Oude verbinden in aanmerking neemt, dan is het vanzelfsprekend dat er nu aandacht wordt besteed aan de bijzondere band die daaruit voortvloeit tussen christenen en joden, een band die men nooit zou mogen vergeten. Paus Johannes Paulus II heeft tegen de joden gezegd: “U bent onze ‘welbeminde broeders’ in het geloof van Abraham, onze aartsvader.” H. Paus Johannes Paulus II, Boodschap, Aan de Opperrabbijn van Rome, Dr. Riccardo di Segni (23 mei 2004), 2 Zeker, deze woorden betekenen niet een miskenning van de breuk die in het Nieuwe testament wordt verwoord ten opzichte van de instellingen van het Oude Testament, en nog minder van de vervulling van de Schriften in het mysterie van Jezus Christus, die wordt erkend als Messias en Zoon van God. Dit diepe en radicale verschil impliceert echter in het geheel niet wederzijdse vijandschap. Het voorbeeld van de heilige Paulus Vgl. Rom. 9-11 laat juist zien dat “een houding van respect, achting en liefde voor het joodse volk de enige waarlijk christelijke houding is in deze situatie, die op mysterieuze wijze deel uitmaakt van Gods geheel positieve plan”. Pauselijke Bijbelcommissie, Het Joodse volk en zijn heilige geschriften in de Christelijke Bijbel (24 mei 2001), 87 Paulus zegt immers dat de joden “Gods vrienden blijven krachtens zijn uitverkiezing, omwille van de aartsvaders. Want God kent geen berouw over zijn genadegaven noch over zijn roeping” (Rom. 11, 28-29).
Bovendien gebruikt Paulus het mooie beeld van de olijfboom om de zeer nauwe relaties tussen Christendom en joden te beschrijven: de Kerk van de heidenen is als een loot van een wilde olijfboom, geënt op de goede olijfboom, die het volk van het Verbond is Vgl. Rom. 11, 17-24 . Laten wij derhalve ons voedsel halen uit dezelfde geestelijke wortels. Laten wij elkaar ontmoeten als broeders, broeders die op zekere ogenblikken in hun geschiedenis een gespannen verhouding hebben gehad, maar die zich nu vastbesloten ervoor inzetten om bruggen van duurzame vriendschap te slaan. Paus Benedictus XVI, Toespraak, Heilig Land reis 2009, Afscheidsceremonie op de Internationale vlieghaven “Ben Gurion” - Tel Aviv (15 mei 2009), 2 Paus Johannes Paulus II zei ook nog: “Wij hebben veel gemeen. Wij kunnen samen veel doen voor de vrede, de gerechtigheid en een broederlijkere en menselijkere wereld”. H. Paus Johannes Paulus II, Toespraak, Tijdens pelgrimage in het Heilig Land, Tot het Opperrabinaat "Hechal Shlomo" (23 mrt 2000)
Ik wens er nogmaals op te wijzen hoe kostbaar de dialoog met de joden voor de Kerk is. Het is goed dat waar men gelegenheid ziet, er mogelijkheden, ook publiekelijk, worden geschapen voor ontmoeting en discussie. Deze begunstigen een toename van de kennis van elkaar, van wederzijdse achting en samenwerking, ook in de bestudering zelf van de Heilige Schriften.