Paus Benedictus XVI - 30 september 2010
Gedurende de werkzaamheden van de vergadering is de aandacht van de synodevaders ook gegaan naar de noodzaak om het Woord van God te verkondigen aan al degenen die zich bevinden in een toestand van fysiek, psychisch of spiritueel lijden. Immers, op het ogenblik van pijn komen in het hart heviger de ultieme vragen over de zin van het eigen leven op. Als het woord van de mens lijkt te verstommen voor het mysterie van het kwaad en de pijn en onze maatschappij alleen waarde lijkt te hechten aan het bestaan, als het beantwoordt aan bepaalde niveaus van doelmatigheid, dan onthult het Woord van God ons dat ook deze omstandigheden op mysterieuze wijze worden “omarmd” door de tederheid van God. Het geloof, dat voortkomt uit de ontmoeting met het goddelijk Woord, helpt ons het menselijk leven het waard te achten om in zijn volheid te worden geleefd, ook al wordt het verzwakt door ziekte. God heeft de mens geschapen voor het geluk en het leven, terwijl ziekte en dood in de wereld hun intrede hebben gedaan als gevolg van de zonde Vgl. Wijsh. 2, 23-24 . De Vader van het leven is echter de arts van de mens bij uitstek en Hij houdt niet op zich liefdevol over de lijdende mensheid te buigen. Het toppunt van Gods nabijheid in het lijden van de mensheid zien wij in Jezus zelf, die “het mensgeworden Woord is. Hij heeft met ons geleden, Hij is gestorven. Met zijn lijden en dood heeft Hij onze zwakheid aangenomen en deze ten diepste veranderd.” Paus Benedictus XVI, Toespraak, Bij gelegenheid van de 17e Wereldziekendag (11 feb 2009), 3
De nabijheid van Jezus bij de lijdenden is ononderbroken: zij zet zich voort in de tijd dankzij de werking van de Heilige Geest in de zending van de Kerk, in het Woord en in de Sacramenten, in de mensen van goede wil, in de zorg die de gemeenschappen met broederlijke liefde bevorderen en zo het ware gezicht van God en zijn liefde laten zien. De synode dankt God voor het lichtende, vaak verborgen getuigenis van zovele Christenen – priesters, religieuzen en leken – die hun handen, ogen en harten hebben geleend aan Christus, de ware arts van lichaam en ziel, en dit blijven doen! Zij spoort vervolgens ertoe aan om zorg te blijven dragen voor de zieke mens door aan hem de leven schenkende tegenwoordigheid van de Heer Jezus in het Woord en in de eucharistie te brengen. Mogen zij worden geholpen om de Schrift te lezen en te ontdekken dat zij juist in hun toestand op een bijzondere wijze deel kunnen hebben aan het verlossend lijden van Christus voor het heil van de wereld Vgl. 2 Kor. 4, 8-11.14 . Vgl. Bisschoppensynodes, Van de 12e Gewone Bisschoppensynode over het Woord van God in het leven en de zending van de Kerk (Engelstalige versie), Propositiones (25 okt 2008), 35