Paus Benedictus XVI - 27 september 2009
Beste vrienden, Europa blijft voortdurend onderhevig aan allerlei veranderingen. Het is nauwelijks te geloven dat er nog maar twee decennia voorbij zijn sinds de val van de voorafgaande regimes, waardoor een begin kon worden gemaakt met een moeilijke maar vruchtbare overgang naar politieke structuren met een grotere participatie. In deze periode hebben christenen zich verenigd met andere mensen van goede wil om mee te helpen bij de opbouw van een rechtvaardige politieke orde. En ook vandaag zetten zij zich in voor de dialoog, om nieuwe wegen te openen naar wederzijds begrip en samenwerking met het oog op vrede en vooruitgang voor het algemeen welzijn.
Desondanks ontstaan er onder nieuwe vormen pogingen om de invloed van het christendom in de politiek in te dammen, maar nu onder het voorwendsel dat de christelijke leer schadelijk zou zijn voor het welzijn van de samenleving. Dit verschijnsel maakt het nodig dat we hierbij stilstaan en erover nadenken. Zoals ik in mijn encycliek over de christelijke hoop heb aangegeven zou de kunstmatige scheiding tussen Evangelie en intellectueel en openbaar leven ons moeten brengen tot een wederzijdse “zelfkritiek van de moderne tijd” en een “zelfkritiek van het moderne Christendom”, met name met betrekking tot de hoop die zij kunnen bieden aan de mensheid Vgl. Paus Benedictus XVI, Encycliek, Liefde in Waarheid - Over de Christelijke hoop, Spe Salvi (30 nov 2007), 22. We kunnen onszelf afvragen wat het Evangelie de Tsjechische Republiek van vandaag te zeggen heeft en meer in het algemeen aan heel Europa, in een tijd die gekenmerkt wordt door de verspreiding van allerlei visies op de wereld.