19 oktober 2009
COMPENDIUM EUCHARISTICUM Compendium van de Eucharistie |
|||
► | LEERSTELLIG DEEL | ||
► | De Leer over de Eucharistie. Een Commentaar | ||
► | Het eucharistisch gastmaal: de Communie |
Door het sacramentele offer van de Eucharistie kan en mag de Kerk het offer van Christus tot het hare maken. Hij heeft dit sacrament ingesteld opdat de Kerk eraan zou kunnen deelnemen niet slechts door een wils in stemming maar ook door de heilige Communie. Christus laat de zijnen delen in zijn offer door het gastmaal van het laatste avondmaal. Zo wordt het een 'communie-offer', een offer dat tevens een communie is.
Het is duidelijk dat de communie geen aanhangsel of een soort toevoegsel is van de Mis, maar een integraal gedeelte dat niet weggelaten kan worden zonder dat er afbreuk aan de viering wordt gedaan. Het is immers een offermaal om de deelnemers aan het gastmaal volledig deelgenoot te maken aan het offer. De communie heeft dus niet alleen betrekking op de werkelijke tegenwoordigheid van het Lichaam en Bloed maar ook op het offer zelf.
Christus heeft de Eucharistie ingesteld op de tijd waarop geofferd werd ter voorbereiding van het paasmaal. Door deel te hebben aan het offerlam kon men aan het offeren ervan deel krijgen. Daarom maakte Hij van het gebeuren tijdens de paasmaaltijd een 'communie-offer': het lam dat geslacht was in de tempel werd gegeten tot gedachtenis aan het lam waarvan het bloed het volk uit de slavernij had bevrijd (Ex. 12, 1-4). Christus, het nieuwe paaslam, wil samen met de zijnen aan de Vader het offer opdragen dat Hij daags erna eens en voor al bloedig op het kruis moet voltrekken.