• Database vol kerkelijke documenten
  • Geloofsverdieping
  • Volledig in het Nederlands
  • Beheerd door vrijwilligers

Zoeken in kerkelijke documenten en berichten

x
Iedereen, hetzij gedoopt hetzij niet gedoopt, kan in een geding een vordering instellen; een wettig gedaagde partij moet antwoord geven.
Ook al hebben de eiser of de gedaagde partij een procurator of een advocaat aangesteld, zij zijn niettemin steeds ertoe gehouden persoonlijk in het geding te verschijnen op voorschrift van het recht of van de rechter.
§ 1 De minderjarigen en zij die niet over het gebruik van het verstand beschikken, kunnen uitsluitend een geding voeren door hun ouders of door hun voogden of curatoren, behoudens het voorschrift van § 3.

§ 2 Indien de rechter meent dat de rechten van de minderjarigen in conflict zijn met de rechten van ouders of voogden of curatoren, of dat dezen de rechten van de minderjarigen niet voldoende kunnen beschermen, dienen zij een geding te voeren door een door de rechter toegewezen voogd of curator.

§ 3 In geestelijke zaken evenwel en in zaken hiermee verwant, kunnen minderjarigen, indien zij over het gebruik van het verstand beschikken, zonder de toestemming van ouders of voogd, en zelfs in eigen persoon een vordering instellen en antwoord geven, indien zij het veertiende levensjaar voltooid hebben; anders door een door de rechter toegewezen curator.

§ 4 Degenen die handelingsonbekwaam verklaard zijn en zij die minder sterk van geest zijn, kunnen slechts in eigen persoon een geding voeren om zich voor eigen misdrijven te verantwoorden of op voorschrift van de rechter; in de overige gevallen moeten zij een vordering instellen of antwoord geven door hun curatoren.

Telkens wanneer er een voogd of curator is, aangesteld door de burgerlijke overheid, kan deze ook door de kerkelijke rechter toegelaten worden, na de diocesane Bisschop van hem aan wie hij toegewezen is, zo mogelijk gehoord te hebben; indien er geen voogd of curator is of indien het niet goed lijkt deze toe te laten, zal de rechter zelf een voogd of curator voor de zaak aanwijzen.
§ 1 Rechtspersonen voeren een geding door hun wettige vertegenwoordigers.

§ 2 In geval van ontbreken of van nalatigheid van een vertegenwoordiger kan de Ordinaris zelf, in eigen persoon of door een ander, een geding voeren in naam van de rechtspersonen die onder zijn macht vallen.

Document

Naam: CODEX IURIS CANONICI
Codex van het Canonieke recht
Soort: Wetboek
Auteur: Aucturitate Ioannis Pauli PP. II
Datum: 25 januari 1983
Copyrights: © www.kerkrecht.nl
Aan de hier gepubliceerde versie kunnen geen rechten ontleend worden
Bewerkt: 20 mei 2022

Referenties naar dit document

Opties

Internetadres
Print deze pagina
Dit document bestellen
Startpagina van dit document
Inhoudsopgave van dit document
Referenties naar dit document
Referenties vanuit dit document
Trefwoordenlijst voor dit document
RK Documenten wordt mogelijk gemaakt door donaties van gebruikers.
© 1999 - 2024, Stg. InterKerk, Schiedam, test