CODEX IURIS CANONICICodex van het Canonieke recht
(Soort document: Wetboek)
Aucturitate Ioannis Pauli PP. II -
25 januari 1983
§ 1 De beschouwing van de goddelijke werkelijkheden en de voortdurende vereniging met God in het gebed dienen de eerste en belangrijkste plicht van alle religieuzen te zijn.
§ 2 De leden dienen naar vermogen dagelijks deel te nemen aan het eucharistisch Offer, het allerheiligste Lichaam van Christus te ontvangen en de Heer zelf, tegenwoordig in het Sacrament, te aanbidden.
§ 3 Zij dienen tijd vrij te maken voor de lezing van de heilige Schrift en voor het inwendig gebed, overeenkomstig de voorschriften van het eigen recht op waardige wijze de liturgie van de getijden te vieren, onverminderd de verplichting voor clerici, waarover in
can. 276, § 2, nr.3, en andere oefeningen van vroomheid te verrichten.
§ 4 Zij dienen een bijzondere verering te betonen, ook door het bidden van de rozenkrans, voor de Maagd en Moeder Gods, voorbeeld en bescherming van elk gewijd leven.
§ 5 Zij dienen trouw de jaarlijkse perioden van gewijde afzondering in acht te nemen.