Een handeling gesteld uit onwetendheid of dwaling die datgene betreft wat haar wezen uitmaakt of die neerkomt op een voorwaarde sine qua non, is ongeldig; anders is ze geldig tenzij iets anders door het recht voorzien wordt; maar een handeling waartoe overgegaan is uit onwetendheid of dwaling, kan aanleiding geven tot een vordering tot vernietiging volgens het recht.