
H. Paus Johannes Paulus II - 1 mei 1991
De liefde voor de mens, op de eerste plaats voor de arme mens, in wie de Kerk Christus ziet, krijgt concreet gestalte in de bevordering van de rechtvaardigheid. Deze zal nooit volledig verwerkelijkt kunnen worden als de mensen in de behoeftige die om hulp vraagt voor zijn leven, iemand zien die ongelegen komt of een last is, en niet de gelegenheid voor iets goeds in zich, een mogelijkheid voor verrijking. Alleen dit bewustzijn zal de moed geven om het risico en de verandering te aanvaarden, die elke authentieke poging om de ander hulp te komen insluit. Het gaat er inderdaad niet om alleen het overtollige te geven, maar om gehele volken die uitgesloten of gemarginaliseerd zijn, te helpen om binnen te treden in de kring van de economische en menselijke ontwikkeling. Dit zal niet mogelijk zijn door alleen uit het overtollige te putten, dat onze wereld overvloedig produceert, maar vooral door een verandering van de levensstijlen, van de productie- en consumptiemodellen, van de structuren van gevestigde macht die nu de maatschappijen beheersen. Het gaat er ook niet om werktuigen van sociale organisatie die goed gebleken zijn te vernietigen, maar ze te richten op de gehele mensenfamilie volgens een adequaat begrip van het algemeen welzijn. De economie wordt nu wereldwijd, wat een verschijnsel is dat zeker niet bezworen hoeft te worden, want het kan buitengewone gelegenheden voor grotere welvaart scheppen. Maar men voelt steeds meer de noodzaak dat aan deze toenemende internationalisering van de economie krachtige internationale organen voor controle en leiding beantwoorden, die de economie op het algemeen welzijn kunnen richten, wat een afzonderlijke staat niet alleen kan doen, ook als was hij de machtigste van de aarde. Om dit resultaat te kunnen bereiken is het nodig dat de overeenstemming tussen de grote landen groeit en dat in de internationale organisaties de belangen van de grote mensenfamilie op rechtvaardige wijze vertegenwoordigd zijn. Het is ook nodig dat zij bij de beoordeling van de gevolgen van hun beslissingen altijd op passende wijze rekening houden met de volken en landen die weinig gewicht hebben op de internationale markt, maar waarin de meest vitale en pijnlijke behoeften samenkomen en die meer hulp nodig hebben voor hun ontwikkeling. Op dit gebied blijft er ongetwijfeld nog veel te doen.