BIJ DE OPENING VAN HET PASTORAAL CONGRES VAN HET BISDOM ROME OVER HET THEMA: “HET TOEBEHOREN TOT DE KERK EN DE PASTORALE MEDEVERANTWOORDELIJKHEID” (FRAGMENTEN)In de Basiliek van St. Jan van Lateranen
(Soort document: Paus Benedictus XVI - Toespraak)
Paus Benedictus XVI -
26 mei 2009
Na het
Concilie heeft deze ecclesiologische leer een brede ontvangst gekend en dankzij God vele goede vruchten voortgebracht in de christelijke gemeenschap. Wij moeten er echter ook aan herinneren dat de ontvangst van deze leer in de praktijk en de daaropvolgende assimilatie in het kerkelijk bewustzijn niet altijd en overal zonder moeilijkheden en volgens een juiste interpretatie is gebeurd. Zoals ik bij gelegenheid van de
Paus Benedictus XVI - Toespraak
Expergiscere homo - Tot de Romeinse Curie bij gelegenheid van het uitwisselen van de Kerstwensen 2005
(22 december 2005) op 22 december 2005
Paus Benedictus XVI, Toespraak, Expergiscere homo - Tot de Romeinse Curie bij gelegenheid van het uitwisselen van de Kerstwensen 2005 (22 dec 2005), 6 verhelderd heb, wilde een interpretatie-stroming, door een beroep te doen op een vermeende “geest van het Concilie”, een discontinuïteit en zelfs contrapositie vastleggen tussen de Kerk vóór en de Kerk ná het
Concilie en daarbij soms de objectief bestaande grenzen tussen het hiërarchisch dienstambt en de verantwoordelijkheden van de leken in de Kerk overschrijden. Het begrip “Volk van God” in het bijzonder werd door enkelen geïnterpreteerde volgens een louter sociologische visie, vanuit een bijna exclusief horizontaal perspectief, dat de verticale verwijzing naar God uitsloot. Deze positie is in openlijk contrast met de woorden en de geest van het
Concilie, dat niet een breuk, niet een andere Kerk wilde, maar een ware en diepe vernieuwing, in continuïteit met een éné subject Kerk, dat groeit in de tijd en zich ontwikkelt, maar dat altijd identiek blijft, het éne subject van het Volk van God op pelgrimstocht.