Paus Benedictus XVI - 12 november 2008
Beste broeders en zusters,
het thema van de Verrijzenis, waarbij we Paus Benedictus XVI - Audiëntie
Het belang van de christologie: - Het decisieve van de verrijzenis
11e catechese in de reeks over de H. Apostel Paulus
(5 november 2008) hebben stilgestaan, opent een nieuw perspectief: dat van de verwachting van de terugkeer van de Heer, en doet ons daarom nadenken over de relatie tussen de tegenwoordige tijd, dat wil zeggen de tijd van de Kerk en van het Rijk van Christus, en de toekomstige tijd - het eschaton - dat ons wacht, wanneer Christus het Rijk, zijn heerschappij, overdraagt aan de Vader Vgl. 1 Kor. 15, 24
. Elke christelijke verhandeling over de laatste dingen, - de zogenaamde eschatologie - vertrekt altijd vanuit het gebeuren van de Verrijzenis: in deze gebeurtenis zijn de laatste dingen al begonnen en in zekere zin al aanwezig.
Maar de bedoeling van deze brief is vóór alles een praktische; hij schrijft: “Ook toen wij bij u waren, hielden wij u telkens deze regel voor: als iemand niet wil werken, zal hij ook niet eten. Wij hebben namelijk gehoord, dat sommigen bij u werkeloos rondhangen, alle moeite schuwen, maar wel zich met alles bemoeien. In de naam van de Heer Jezus Christus gebieden en vermanen wij zulke mensen, dat zij regelmatig moeten werken en hun eigen kost verdienen” (2 Tess. 3, 10-12). Met andere woorden, de verwachting van de parousie van Jezus ontslaat niet van de inzet in deze wereld, maar schept integendeel verantwoordelijkheid ten overstaan van de goddelijke Rechter over onze handel en wandel in deze wereld. Zo groeit juist onze verantwoordelijkheid om in en voor deze wereld te werken. We zullen aanstaande zondag hetzelfde zien in het Paus Benedictus XVI - Angelus/Regina Caeli
De talenten vrucht laten dragen
Meditatie over Matteüs 25, 14-30 (Evangelie van de 33e zondag door het jaar A)
(16 november 2008), waar de Heer zegt dat hij aan allen talenten heeft toevertrouwd en de Rechter zal er rekenschap over vragen met de woorden: Hebben jullie vrucht gedragen? De verwachting van de wederkomst impliceert dus verantwoordelijkheid voor deze wereld.
Tenslotte de derde houding. De rechter die wederkomt - Hij is Rechter en Heiland tegelijk - heeft ons de opdracht nagelaten om in deze wereld te leven volgens zijn manier van leven. Hij heeft ons zijn talenten toevertrouwd. Daarom is onze derde houding: die van verantwoordelijkheid voor de wereld, voor de broeders ten overstaan van Christus, en tegelijkertijd ook in de zekerheid van Zijn barmhartigheid. Allebei zijn belangrijk. Wij leven niet als waren goed en kwaad om het even omdat God toch maar alleen barmhartig kan zijn. Dat zou een misleiding zijn. In werkelijkheid leven wij in een grote verantwoordelijkheid. We hebben de talenten, we hebben de opdracht gekregen om ervoor te werken dat deze wereld zich opent voor Christus, dat zij vernieuwd wordt. Maar al werken wij en beseffen wij in onze verantwoordelijkheid dat God echt Rechter is, toch zijn we er ook zeker van dat deze Rechter goed is, wij kennen Zijn gelaat, het gelaat van de verrezen Christus, van Christus die voor ons gekruisigd is. Daarom kunnen wij zeker zijn van Zijn goedheid en kunnen we moedig verder.
Kunnen wij ook zo bidden? Mij lijkt dat het voor ons vandaag de dag, in ons leven, in onze wereld, moeilijk is oprecht te bidden dat deze wereld ten onder mag gaan, dat het nieuwe Jeruzalem moge komen, dat het laatste oordeel moge komen en de rechter, Christus. Ik denk dat, al durven wij in alle oprechtheid om velerlei motieven niet zo te bidden, ook wij toch op een juiste en correcte wijze met de eerste christenheid kunnen zeggen: “Kom, Heer Jezus!” Zeker, wij willen niet dat nu het einde van de wereld komt. Maar van de andere kant willen we ook dat aan deze onrechtvaardige wereld een einde komt. Ook wij willen dat de wereld fundamenteel veranderd wordt, dat de beschaving van de liefde begint, dat er een wereld komt van gerechtigheid, van vrede, zonder geweld, zonder honger. Dit alles willen wij: en hoe zou dat kunnen gebeuren zonder de aanwezigheid van Christus? Zonder de aanwezigheid van Christus zal er nooit een wereld komen die werkelijk rechtvaardig is en vernieuwd.
En ook, zij het op een andere manier, kunnen en moeten ook wij ten volle en met diepgang, met grote aandrang en in de verschillende omstandigheden van onze tijd zeggen: Kom, Heer! Kom op uw manier, op de wijzen die U kent. Kom waar onrechtvaardigheid is en geweld. Kom in de vluchtelingenkampen, in Darfur, in Noord Kivu, in zoveel delen van de wereld. Kom waar de drugs overheersen. Kom ook onder de rijken die U vergeten hebben, die alleen voor zichzelf leven. Kom waar U onbekend bent. Kom op uw manier en vernieuw de wereld van vandaag. Kom ook in onze harten, kom en vernieuw de manier waarop wij leven, kom in ons hart opdat wijzelf licht van God kunnen worden, uw aanwezigheid. In deze zin bidden wij met sint Paulus: Maranà, thà! “kom, Heer Jezus!”, en bidden wij dat Christus werkelijk tegenwoordig moge zijn in onze wereld en deze moge vernieuwen!