Paus Benedictus XVI - 8 november 2008
Heren Kardinalen,
Vereerde broeders in het bisschopsambt en het priesterschapDierbare broeders en zusters!
Ik heb het veeleisende thema, waarover jullie zich gebogen hebben, gewaardeerd. Wanneer men de afgelopen jaren sprak over Pius XII, heeft zich de aandacht op buitensporige wijze gericht op slechts één problematiek, die veelal op eenzijdige wijze behandeld werd. Afgezien van elke andere beschouwing, heeft dit een benadering verhinderd die tegemoet komt aan een persoon van grote historisch-theologische diepgang zoals het geval is bij paus Pius XII. Het geheel van indrukwekkende activiteiten verricht door deze paus en zeer in het bijzonder zijn leergezag, waarover jullie zich deze dagen gebogen hebben, zijn een veelzeggend bewijs van wat ik zonet kwam te zeggen. Immers, zijn leergezag wordt gekenmerkt door de grote en heilzame wijdte, als ook door zijn buitengewone kwaliteit, zodanig dat men kan zeggen dat het een kostbare nalatenschap vormt waaraan de Kerk schatplichtig is geweest en dit blijft zijn.
Ik hernieuw daarom de uitdrukking van mijn waardering voor het belangrijke werk dat door jullie bij de voorbereiding en het verloop van dit internationale congres over het leergezag van Pius XII is gebeurd en ik wens dat men verder gaat in het nadenken over de kostbare nalatenschap die de onsterfelijke Paus aan de Kerk heeft nagelaten, om er voordelige toepassingen uit te halen voor problemen die zich vandaag voordoen. Met deze wens en terwijl ik de hulp van de Heer afroep over jullie werk, verleen ik van harte aan ieder mijn Zegen.