
15 april 1993
Een van de mogelijke aspecten van de geestelijke betekenis is het typologisch aspect. Gewoonlijk wordt gezegd dat dit niet tot de Schrift zelf behoort, maar tot de werkelijkheden die door de Schrift worden uitgedrukt: Adam als beeld van Christus Vgl. Rom. 5, 14
, de zondvloed als beeld van het doopsel (1 Pt. 3, 20-21) enzovoorts. In feite is het door de typologie gelegde verband gewoonlijk gebaseerd op de wijze waarop de Schrift de oude werkelijkheid beschrijft (vgl. de stem van Abel) Vgl. Gen. 4, 10
Vgl. Heb. 11, 4
Vgl. Heb. 12, 24
en niet eenvoudigweg op die werkelijkheid zelf. Men kan dus ook hier spreken van een werkelijk schriftuurlijke betekenis.