God is aanwezig in de geschiedenis van zijn volk om het te redden. Hij is de God van de armen en kan geen onderdrukking of onrecht dulden.
Daarom kan de exegese niet neutraal blijven, maar moet zij, zoals God, partij kiezen voor de armen en de strijd aangaan voor de bevrijding van de onderdrukten.
Pas in de deelname aan de strijd worden bepaalde betekenissen van de Bijbelteksten duidelijk; alleen wanneer ze gelezen worden in een context van daadwerkelijke solidariteit met de onderdrukten, zijn die betekenissen te ontdekken.
Omdat de bevrijding van de verdrukten een gezamenlijk proces is, komt de gemeenschap van de armen het eerst in aanmerking om het woord van de Bijbel te ontvangen als een woord van bevrijding. Bovendien: de Bijbelteksten werden voor bepaalde gemeenten van gelovigen geschreven; vandaar dat aan gemeenten van gelovigen het lezen van de Bijbel allereerst is toevertrouwd. Het Woord van God is volledig actueel, vooral omdat de ‘funderende gebeurtenissen’ (uittocht uit Egypte, lijden en verrijzenis van Jezus) in de loop van de geschiedenis telkens opnieuw werkelijkheid kunnen worden.
H. Paus Johannes Paulus II - Toespraak Bij gelegenheid van het eerste eeuwfeest van de Encycliek Providentissimus Deus en de 50e verjaardag van de Encycliek Divino Afflante Spiritu (23 april 1993) (1)