
15 april 1993
De semiotiek kan voor het bestuderen van de Bijbel alleen gebruikt worden op voorwaarde dat men deze methode losmaakt van bepaalde vooronderstellingen uit de structuralistische filosofie, de ontkenning namelijk van de individuele persoonlijke identiteit en het afwijzen van een referentie naar een buiten de tekst liggende werkelijkheid. De Bijbel is een Woord dat God in een bepaald historisch kader over de realiteit heeft gesproken en dat Hij thans tot ons richt door tussenkomst van menselijke schrijvers. De semiotische benadering moet open staan voor de geschiedenis: allereerst voor de geschiedenis van hen die in de teksten optreden; vervolgens voor de geschiedenis van de schrijvers en lezers ervan. Er bestaat een groot risico dat de gebruikers van de semiotische methode het laten bij een bestudering van de vorm van de inhoud, en dat zij niet de in de tekst liggende boodschap ontwaren.
Op voorwaarde dat de semiotische analyse zich niet verliest in een geheimzinnig en ingewikkeld taalgebruik, en dat de voornaamste elementen ervan in eenvoudige woorden worden uiteengezet, kan zij de christenen opwekken tot het bestuderen van de tekst van de Bijbel en het ontdekken van de betekenis van bepaalde aspecten, ook al beschikken zij niet over volledige kennis van de wordingsgeschiedenis van de tekst of van de maatschappelijke en culturele achtergrond ervan. Zo kan ze in de pastoraal nuttig blijken om ook niet-specialisten vertrouwd te maken met de Schrift.