
H. Paus Johannes Paulus II - 18 juni 1998
In uw vijfjaarlijkse rapporten hebt u mij ook deelgenoot gemaakt van uw diepe bezorgdheid met betrekking tot de toekomst van het katholieke onderwijs, waarvan de zending de menselijke, morele en geestelijke vorming van de kinderen en jongeren omvat. Daarin bestaat haar werkelijk katholieke karakter. Het is belangrijk om alles in het werk te stellen, opdat de Kerk, krachtig vanuit haar tradities en ervaring, haar eigen educatieve doelstellingen kan nastreven. Het komt aan de wettelijke autoriteiten toe, om in een vertrouwvolle dialoog met de kerkelijk verantwoordelijken, de ouders de mogelijkheid aan te bieden om vrij hun opvoedkundige opdracht te vervullen, waarbij zij de scholen kiezen die in hun oordeel overeenkomen met hun waarden die zij natuurlijk aan hun kinderen overgedragen willen zien. Ik zou ook de eminente rol van de katholieke universiteiten op intellectueel, wetenschappelijk en technisch gebied willen benadrukken. Wat de leervakken ook zijn, de docenten moeten er zich op toeleggen om aan de studenten de katholieke antropologische en morele waarden over te dragen; binnen deze instellingen hebben de theologen de verheven opdracht om de diepte van de Goddelijke mysteries uit te leggen, door een manier van onderrichten dat trouw is aan het christelijke dogma en aan de moraal, gebaseerd op de openbaring en het leergezag, en door de dialoog met de andere universitaire disciplines. Vgl. 2e Vaticaans Concilie, Constitutie, Over de Goddelijke openbaring, Dei Verbum (18 nov 1965), 10 Vgl. Congregatie voor de Geloofsleer, Instructie over de Kerkelijke Roeping van de Theoloog, Donum Veritatis (24 mei 1990) Het komt hen vooral toe om te pas en te onpas te herinneren aan de fundamentele principes van het respect voor het menselijk leven. Daarom wordt van hun kant een volledige trouw aan het leergezag vereist, want "zij onderrichten in naam van de Kerk". H. Paus Johannes Paulus II, Postsynodale Apostolische Exhortatie, Ik zal u herders geven - N.a.v. de Bisschoppensynode over de priesteropleidingen, Pastores Dabo Vobis (25 mrt 1992), 67 Het theologische onderwijs blijft dus niet steken bij een eenvoudige persoonlijke reflectie; zij staat ten dienste van de waarheid en van de communio. Een theoloog die in zijn onderricht afstand neemt van het leergezag, kan de universiteit alleen maar schade berokkenen, de gelovigen op een dwaalspoor brengen, en de Kerk kwetsen.