H. Paus Johannes Paulus II - 18 november 2001
In deze geschikte tijd vraag ik aan de katholieken dat de komende 14 december gezien wordt als dag van vasten, tijdens welke met aandrang gebeden wordt tot God opdat hij aan de wereld een stabiele vrede mag geven, gebaseerd op de gerechtigheid, en mag maken dat er adequate oplossingen gevonden worden voor de vele conflicten in de wereld. Dat waarvan men in het vasten afstand doet, zou ter beschikking gesteld kunnen worden van de armen, in het bijzonder van hen die op dit moment gebukt gaan onder de gevolgen van het terrorisme en van de oorlog.
Ik wil bovendien aankondigen dat ik van plan ben om de vertegenwoordigers van de wereldgodsdiensten uit te nodigen om naar Assisi te komen op 24 januari 2002, om te bidden voor de overwinning van de tegenstellingen en voor de bevordering van de authentieke vrede. Daar willen in het bijzonder christenen en moslims bijeenzijn om aan de wereld te verkondigen dat godsdienst nooit een motief mag worden voor conflict, haat en geweld. Wie werkelijk het woord van de goede en barmhartige God bij zichzelf binnenlaat, kan niet anders dan uit zijn hart elke vorm van wrok en vijandschap te bannen. Op dit historische moment heeft de mensheid het nodig gebaren van vrede te zien, en woorden van hoop te horen. Zoals ik vijftien jaar geleden zei toen ik de ontmoeting van gebed voor de vrede aankondigde die in de maand oktober daarop in Assisi gehouden zou worden: "Het is urgent dat we in koor een aanroep van de aarde aan de hemel richten, om van de Almachtige, in wiens handen het lot van de wereld ligt, de grote gave van de vrede af te smeken, noodzakelijke voorwaarde voor elke serieuze inzet ten dienste van de ware vooruitgang van de mensheid".