SPE SALVILiefde in Waarheid - Over de Christelijke hoop
(Soort document: Paus Benedictus XVI - Encycliek)
Paus Benedictus XVI -
30 november 2007
Wil het gebed deze reinigende kracht ontplooien, dan moet het enerzijds heel persoonlijk zijn, een confrontatie van mijn ‘ik’ met God, de levende God. Anderzijds echter moet het steeds weer geleid en verlicht worden door de grote gebedswoorden van de Kerk en van de heiligen, door het liturgische gebed, waarin de Heer ons steeds weer op de juiste wijze leert bidden. Kardinaal Nguyen Van Thuan heeft in zijn geestelijke oefeningenboek verteld, hoe er lange periodes geweest zijn in zijn leven dat hij niet kon bidden, en hoe hij zich aan de gebedswoorden van de Kerk heeft vastgehouden, aan het Onze Vader, aan het Weesgegroet, aan de gebeden van de liturgie.
Kardinaal Nguyen Van Thuan, Hoffnung, die uns trägt - Veertigdagenretraite voor de Paus en de Curie in 2000, Getuigenis van de hoop, Vademecum voor de Katholiek van het derde millennium. Sint Petrus Canisiusstichting, (Tegelen 2001), 122 e.v. Bij het bidden moet er altijd dit samengaan zijn van gemeenschappelijk en persoonlijk gebed. Zo kunnen wij tot God spreken, zo spreekt God tot ons. Zo gebeuren aan ons de reinigingen, waardoor wij ontvankelijk worden voor God en die ons in staat stellen de mensen te dienen. Zo komen wij open voor die 'grote' hoop en worden wij dienaren van de hoop voor de anderen: hoop in de christelijke zin is altijd ook hoop voor de anderen. En zij is de actieve hoop, waarin wij ons ervoor inspannen dat de dingen niet op ‘het verkeerde einde’ uitlopen. Het is actieve hoop, juist ook in die zin, dat wij de wereld open houden voor God. Alleen zo blijft zij ook waarachtig menselijk.