IN SIGNO SANCTAE CRUCISOpeningstoespraak 3e zittingsperiode Vaticanum II
(Soort document: H. Paus Paulus VI - Toespraak)
H. Paus Paulus VI -
14 september 1964
Door de vaders van het eerste Vaticaans oecumenisch concilie werden de werkelijk unieke en hoogste volmachten gedefinieerd en geproclameerd, die door Christus aan Petrus zijn verleend en aan diens opvolgers zijn doorgegeven. Sommigen hebben gemeend, dat door deze uitspraak het gezag van de bisschoppen, de opvolgers van de apostelen, werd ingeperkt, en dat in de toekomst het bijeenroepen van een oecumenisch concilie, waaraan het kerkelijk recht toch het hoogste gezag toekent over heel de Kerk, geheel overbodig zou zijn en belemmerd zou worden.
Het huidige eveneens Oecumenische Concilie wil zeer zeker de leer van het voorafgaande oecumenische concilie over de voorrechten van de paus bekrachtigen. Maar het stelt zich ook en vooral tot doel, de voorrechten van het episcopaat te beschrijven en te honoreren. Allen dienen duidelijk te weten, dat de bijeenroeping van het huidige Concilie door onze voorganger Johannes XXIII, zaliger gedachtenis, in vrijheid en spontaan is geschied, en door ons terstond is bekrachtigd, ofschoon wij goed wisten, dat het onderwerp van besprekingen in deze heilige vergadering zou zijn: het episcopaat. En het kon ook niet anders. Niet alleen vanwege de onderlinge samenhang van de te behandelen leerpunten, maar ook vanwege de oprechte wil om de grootheid, de zending, de verdiensten en de vriendschap te erkennen van onze broeders, die tot taak hebben, de Kerk Gods te onderwijzen, te heiligen en te leiden.
© Ecclesia Docens - Uitg. Gooi en Sticht 0710
Vert.: Dr. M.H. Mulders CssR en Dr. J. Kahmann CssR