IN SIGNO SANCTAE CRUCISOpeningstoespraak 3e zittingsperiode Vaticanum II
(Soort document: H. Paus Paulus VI - Toespraak)
H. Paus Paulus VI -
14 september 1964
Als dus hier de Kerk is, dan is hier ook de Heilige Geest, de Helper, die Christus aan Zijn apostelen heeft beloofd voor de opbouw van de Kerk, met deze woorden:
“Dan zal de Vader op Mijn gebed u een andere Helper geven om voor altijd bij u te blijven: de Geest van de waarheid voor wie de wereld niet ontvankelijk is, omdat zij Hem niet ziet en niet kent. Gij kent Hem, want Hij blijft bij u en zal in u zijn.” (
Joh. 14, 16-17) Want, gelijk wij weten, heeft Christus deze twee, het apostelambt en de Heilige Geest, beloofd en op verschillende wijzen gezonden om Zijn werk voort te zetten, om het door Hem gestichte rijk uit te breiden in de tijd en over de wereld en om de door Hem verloste mensheid bijeen te brengen in Zijn Kerk, Zijn mystiek Lichaam, om zó Zijn volheid uit te maken in afwachting van Zijn uiteindelijke en zegevierde wederkomst op eind van de tijden.
Deze twee, het apostelambt, waarvan de heilige hiërarchie de opvolgster is, en de Geest van Jezus, die zich van de hiërarchie bedient als het gewone werktuig bij het ministerie van het woord en de sacramenten, deze twee werken tezamen. Op de pinksterdag immers zien wij ze wonderbaar verenigd, bij het begin van het grootse werk van Christus de Heer, die weliswaar onzichtbaar, maar toch voortdurend aanwezig is in de apostelen en hun opvolgers, “die Hij als herders heeft aangesteld om in Zijn plaats Zijn werk voort te zetten”. Zie prefatie van de apostelen Beiden leggen op verschillende wijze, maar samenwerkend, getuigenis af van Christus, in een verbondenheid, die aan de apostolische activiteit haar bovennatuurlijke kracht verleent. Vgl. 1 Pt. 1, 12
Mogen wij aannemen, dat dit heilsplan, waardoor de verlossing van Christus tot ons komt en zich in ons voltrekt, nog altijd van kracht is? Zeer zeker, eerbiedwaardige broeders, wij moeten zelfs geloven dat dit plan wordt voortgezet en verwezenlijkt door middel van ons, doordat wij een gave en een vermogen bezitten, die van God komen:
“Hij heeft ons bekwaam gemaakt dienaars te zijn van een nieuw verbond, niet van de letter maar van de Geest...die levend maakt.” Vgl. 2 Kor. 3, 6
© Ecclesia Docens - Uitg. Gooi en Sticht 0710
Vert.: Dr. M.H. Mulders CssR en Dr. J. Kahmann CssR